Minder fosfor en stikstof in rundveemest

Er zit steeds minder fosfor en stikstof in rundveemest en er zitten ook steeds minder van deze mineralen in het voer. Toch is er ongeveer net zoveel vlees en melk geproduceerd. Dit blijkt uit de Mineralenbalans landbouw van het CBS.

De rundveehouderij is in staat om de mineralen beter te verwerken. Dit hangt samen met lagere mineralengehalten in het veevoer terwijl de productie van melk en vlees vrijwel gelijk bleef.

Verder wordt steeds meer mest afgezet buiten de landbouw, zoals mestverwerking en export.Deze ontwikkelingen zorgen voor een lager mineralenoverschot. Er komt dus minder fosfor en stikstof via rundveemest in het milieu terecht.

In de jaren 2013 tot en met 2016 steeg de totale hoeveelheid fosfor en stikstof in de rundveemest door de toename van het aantal runderen. Er werd in deze periode ook meer fosfor en stikstof vastgelegd in melk en vlees.

Mineralen in rundveevoer
In de jaren 1990–2012 daalde de via het voer aangevoerde hoeveelheid stikstof met 177 miljoen kilo (33 procent). De hoeveelheid fosfor in het voer daalde met 15 miljoen kilo (22 procent). In de laatste vier jaar steeg deze aanvoer weer. Er werden meer runderen gehouden en de mineralengehalten in het voer waren hoger.

Minder stikstof in milieu
Rundveevoer bevat minder stikstof en er komt ook minder stikstof terecht in de mest. De stikstof in de mest blijft overigens niet geheel onbenut. De mest wordt uitgereden op het land en de mineralen hierin worden later, deels, weer opgenomen door gras en snijmaïs, de belangrijkste voedingsmiddelen voor runderen.

In 2016 werd 24 procent van de stikstof uit het voer verwerkt in melk en vlees. Dit was in 1990 nog 16 procent. De stikstofbenutting <link> is dus toegenomen. De fosforbenutting steeg in de periode 1990–2016 van 25 procent naar 31 procent.

Fosfaastplafond
Ondanks de betere fosforbenutting in de rundveehouderij kwam de hoeveelheid fosfaat (vuistregel: 1 kg fosfor = 2,29 kg fosfaat) in de mest van de veestapel in 2015 en 2016 weer boven het door de Europese Unie vastgestelde fosfaatplafond uit. Ook in de jaren 2008–2010 lag deze productie boven het fosfaatplafond.

Het fosfaatplafond in Nederland is door de EU vastgesteld op 172,9 miljoen kilo en de productie kwam in 2016 nog uit op 175,2 miljoen kilo. De overschrijding had vooral te maken met de uitbreiding van de melkveestapel in aanloop naar de afschaffing van het melkquotum op 1 april 2015. In 2017 daalde de fosfaatproductie weer, tot ongeveer 5 miljoen kilo onder het fosfaatplafond.