Tour: Etappe 11 - Sprintersfeest in Montpellier

Revel is een plaats waar vluchters vaak winnen en dat was tijdens de tiende rit niet anders. Een aantal renners reden weg op de Port d'Envalira en nog een aantal volgden in de afdaling. Het werd een kopgroep die je best majestueus mag noemen. Nog niet vaak zo'n sterke kopgroep gezien in een rit in de Tour. Sagan, Van Avermaet, Costa, Boasson Hagen, Matthews, Chavanel, Gallopin, Landa en ga zo maar door. Alleen maar grote namen en jongens met een behoorlijke erelijst.

Het tekent Sagan toch wel weer dat hij tijdens zo'n rit in de aanval gaat. Prachtige renner. Hij wist zich lange tijd te sparen, maar in de finale trok hij het nog even op de kant en wist zo de kopgroep flink te decimeren. Enkele renners lieten zich verrassen en andere renners zijn simpelweg hopeloos zodra het om waaiers gaat. Er bleven zeven sterke renners over. Eigenlijk was alleen Dumoulin een vreemde eend in de bijt, die zou je toch eerder in de mongolenwaaier verwachten.

Orica had nog drie man over en normaal zouden ze dat weten te verneuken. Bij Orica gaat iedereen normaal voor z'n eigen belang, maar tijdens deze rit was dat blijkbaar anders. Turbo Durbo deed wat hij het beste kan doen, met de ogen dicht op kop rammen. Toen hij klaar was met dat werk nam Impey het over. Hij probeerde een paar keer aan te vallen, maar kreeg het niet voor elkaar om Sagan ook maar enigszins in de problemen te brengen. Sagan pareerde alles en dat leek hij behoorlijk simpel te doen.

Toch bleek in de sprint dat het niet echt simpel was geweest. Matthews, die niets had hoeven te doen, was nog een stuk frisser en wist zo zijn eerste rit in de Tour te winnen. Na Tom Dumoulin weer een renner die in alle grote rondes een rit heeft gewonnen. Uiteindelijk een prima overgangsrit waar niet veel meer van te verwachten viel. Na deze overgangsrit krijgen we een rit die bijna volledig vlak is. Weer eens een kans voor de sprinters. Zoveel kansen komen er niet meer, dus deze gaan ze grijpen. Dat geef ik je op een briefje.

De route van vandaag (Bron: Letour.fr)
De route van vandaag (Bron: Letour.fr)

Het profiel van vandaag (Bron: Letour.fr)
Het profiel van vandaag (Bron: Letour.fr)

In een van de grootste toeristische trekpleisters van Frankrijk zal de elfde rit vertrekken. Carcassonne, de middeleeuwse stad, doet alleen onder voor Parijs en Mont-Saint-Michel. De bekendste bezienswaardigheid is de citadel. De hele oude binnenstad is bijna volledig gerestaureerd en de vesting is zo'n beetje de beste en grootste gehouden vesting uit de middeleeuwen, in Europa tenminste. La Cité de Carcassonne is zeker de moeite van het bezoeken waard. Aangezien we deze Ronde van Frankrijk begonnen op Mont-Saint-Michel, zullen eindigen in Parijs en halverwege door Carcassonne komen kunnen we wel spreken van een haast overdreven toeristische editie.

Carcassonne is veel meer dan de vesting alleen, het is tegenwoordig een stad met 47.000 inwoners. We bevinden ons een stuk ten zuidoosten van Revel, de finishplaats van de vorige rit, in het departement l'Aude. Het is niet zo lang geleden dat de Tour nog in deze stad was. Voor het laatst in 2014, toen in een rit die zou eindigen Bagnères-de-Luchon. Ook dat plaatsje hebben we tijdens deze Tour al gehad, gelukkig zijn ze niet zo van de herhaling in Frankrijk. De laatste keer dat er een rit eindigde in Carcassonne was tien jaar geleden, in 2006. De zege ging toen naar Yaroslav Popovych, het eeuwige talent dat uiteindelijk vrij geruisloos uit het profpeloton verdween dit jaar.

Dit is een rit voor de sprinters, toch krijgen we in het begin nog met een paar klimmetjes te maken. Van Carcassonne fietsen de renners naar het oosten en meteen begint de weg al een beetje op te lopen. Dit duurt zo'n beetje 14 kilometer, tot Caunes-Minervois. Een echte beklimming zit er niet in dit stuk, maar er zitten wel wat vervelende stroken tussen. Na Caunes-Minervois gaat het in licht dalende lijn verder tot de eerste beklimming van de dag. De renners rijden over een slecht en smallig weggetje door ruraal Frankrijk voor een aantal kilometer. Al snel komen ze weer op een wat betere weg terecht, die ze naar Siran brengt.

Carcassonne, een van de mooiste stadjes die er zijn (Foto: Getty)

Na Siran begint de weg al op te lopen en zijn er voorzichtig al een paar heuveltjes die beklommen moeten worden, hoewel de eerste echte klim van de dag pas een kilometer of acht verderop is. Na 34 kilometer passeren de renners Azillanet en begint de eerste klim van de dag echt. De Côte de Minerve is officieel 2,4 kilometer lang en 5,4% gemiddeld, maar officieus gezien is de beklimming toch wel een stukje langer. Na 38 kilometer komen de renners boven en tussen Azillanet en de top van de klim zit geen vlakke meter, dus eigenlijk is de beklimming vier kilometer lang. Na een korte doch simpele afdaling komen de renners uit in de middeleeuwse katharenvesting Minerve. Een bijzonder fraai dorpje, gebouwd op een rots. Schijnt een van de mooiste dorpen van Frankrijk te zijn.

De renners fietsen verder en komen langs nog wat dorpjes. Onder andere een dorpje dat Aigues-Vives heet. Gisteren kwamen ze ook al door een dorpje met dezelfde naam. Blijkbaar een populaire naam in Frankrijk. De dorpjes hier zijn eigenlijk allemaal wel mooi. Oude gebouwtjes, torentjes, leuke dingen. Het is een paar kilometer vlak, tot na ongeveer 54 kilometer het tweede klimmetje van de dag begint. De Côte de Villespassans is een beklimming van de vierde categorie, 2,3 kilometer lang en 4,5% gemiddeld. Totaal geen lastige klim. Na dit klimmetje loopt het nog even verder omhoog, tot het dorpje Villespassans.

De renners blijven nog even op een plateau, tot ze afdalen richting Saint-Chinian, waar er een passage is na 66 kilometer. Als dit dorpje bereikt is hebben we het voornaamste klimwerk van de dag al lang en breed gehad. Vanaf dit moment is het praktisch volledig vlak. De renners rijden een beetje rond over het Franse platteland, met uitzicht op de uitlopers van het Centraal Massief. Veel gebeurt er niet. Over brede wegen wordt er koers gezet richting Montpellier. Af en toe wordt er een dorpje gepasseerd en tussendoor kunnen de coureurs vooral genieten van wat fraaie Franse natuur. De dorpjes in dit deel van Frankrijk zijn dan weer niet allemaal even fraai. Wel allemaal gebouwd op een heuveltje. Zo ook Murviel-lès-Béziers, dat na 78 kilometer wordt aangedaan.

Minerve, nog zo'n prachtige plaats in deze omgeving (Foto: Getty)

Van Murviel-lès-Béziers gaat het verder over een brede weg richting Magalas, dat na 92 kilometer koers aan de beurt is. De renners passeren nog wat meer dorpjes, die er zowat allemaal hetzelfde uitzien. In sommige dorpen is de weg wat smaller, maar de weg tussen alle dorpjes is steeds breed. Hoewel de weg af en toe een beetje vals plat oploopt kunnen we wel stellen dat het nog steeds vlak is. Na 106 kilometer komen de renners door Alignan-du-Vent, ook weer zo'n dorpje op een heuveltje. Een paar kilometer verderop zullen ze door Pézenas fietsen en hier is na 113 kilometer de tussensprint van de dag. Een vlakke sprint, want we zitten nu op het laagste punt van de etappe.

Buiten Pézenas begint de weg weer een beetje op te lopen, maar dat gaat behoorlijk geruisloos. De wegen blijven breed en goed. Wel zijn er nu wat open vlaktes, waardoor de wind eventueel een rol zou kunnen spelen. Spijtig genoeg duurt dit niet zo lang. Al snel komt er weer een bos. In dit bos staat ook een abdij, la Abbaye de Valmagne. De abij wordt niet echt meer gebruikt voor haar originele taak, het heeft een alternatieve functie gekregen. Een deel van de abdij is verbouwd tot een wijnkelder, waar de wijn die van de nabijgelegen wijngaarden afkomt wordt bewaard. Prima abdijtje dus, niks mis mee.

In de buurt van de abdij moeten de renners nog een kilometer of 35 afleggen tot de finish. Voorbij de abdij zijn er nog een paar korte stukjes waar het een beetje omhoog gaat, maar op dat na is dit een enorm makkelijke finish. Na 140 kilometer passeren de renners Montbazin en van dit dorpje gaat het bijna helemaal rechtdoor tot in Montpellier. Er zitten nog wel een heleboel rotondes in het parcours, maar verder komen ze tot het binnenrijden van Montpellier niets bijzonders meer tegen. Het terrein is wel behoorlijk open, dus een beetje wind zou het eventueel nog wel wat leuker kunnen maken.

De kelder in deze abdij ligt helemaal vol met wijn en dus kan het peloton hier prima een tussenstopje maken (Foto: WikiCommons)
De kelder in deze abdij ligt helemaal vol met wijn en dus kan het peloton hier prima een tussenstopje maken (Foto: WikiCommons)

De renners rijden door nog wat dorpjes, maar de weg wordt nooit meer smal. Recht en breed, alleen wat veel rotondes. Op een kilometer of zes van de streep rijden de renners Montpellier binnen. Bij het binnenrijden van de stad slaan de renners bij een rotonde linksaf en mogen ze over de rondweg gaan rijden, wat een ongekende luxe. Anderhalve kilometer lang gaat het rechtdoor, tot de renners een afslag gaan nemen. De weg wordt hier een stuk minder breed, van twee banen gaan we naar een. We nemen hier de kant van de weg die je normaal niet mag nemen, technisch gezien is er sprake van spookrijden. De renners zitten weer op de brede rondweg, maar dit duurt slechts een paar honderd meter.

Op iets meer dan drie kilometer van de streep nemen ze weer een uitrit en daar wordt de weg uiteraard wat minder breed. Daarna komen ze op de Avenue de la Liberté terecht, waar ze zich vast heel vrij voelen. Een kilometer lang gaat het rechtdoor, maar dan wordt er weer een afslag genomen. De weg wordt ook weer even wat smaller, maar honderd meter verderop wordt er weer een brede weg bereikt. We zitten nu op ongeveer twee kilometer van de finish en tot de finish gaat het rechtdoor. Er is nog een flauwe bocht, maar die is zo flauw dat het haast niet opvalt. In de slotkilometer gaat het bijna volledig rechtdoor. Wel is er nog een viaduct, waardoor de weg nog een paar meter oploopt.

De finish is voor het Altrad Stadium. Dit is het stadion van de lokale rugbyclub, Montpellier Hérault RC. Ook de lokale voetbalclub, Montpellier HSC heeft er een tijdje gespeeld, maar die spelen doorgaans in een iets groter stadion. Montpellier is een van de grootste steden van Frankrijk, met 270.000 inwoners. Het is de hoofdstad van het departement Hérault en het is ook een behoorlijk grote studentenstad. Zowat een kwart van de inwoners is student. Een stad met behoorlijk veel techneuten en ook nog eens een paar duizend onderzoekers. Slim stadje, bovendien een populaire plaats voor toeristen. We zitten dicht in de buurt van de Middellandse Zee en er is ook nog een vliegveld in de omgeving.

De slotkilometers van vandaag (Bron: Letour.fr)
De slotkilometers van vandaag (Bron: Letour.fr)

Een stad die al ontzettend vaak is voorgekomen in de Tour, meer dan 30 keer. Een stad waar zowat altijd sprinters winnen. Enkele bekende namen op de erelijst zijn Andre Darrigade, Olaf Ludwig, Robbie McEwen, Mark Cavendish en Andre Greipel. Greipel is de laatste winnaar in Montpellier, in 2013 won hij in een massasprint voor Sagan, Kittel en Cavendish. Ze zijn er nu allemaal weer bij, dus de uitslag zou zomaar hetzelfde kunnen zijn.

Toch hoeft een rit tussen Carcassonne en Montpellier niet altijd makkelijk te zijn. In 1951 was er ook een rit tussen deze twee steden en in dat jaar was het zo heet dat de grote favoriet, Fausto Coppi, helemaal bevangen raakte door de hitte en meer dan een half uur verloor, waardoor Hugo Koblet aan de haal kon gaan met de overwinning. Van extreme weersomstandigheden, zoals enorme hitte of een flinke wind, zullen we het nu ook moeten hebben wil deze rit een beetje spannend worden.

Extreme hitte zoals in 1951 gaan we niet krijgen. Wel wordt het warm, maar 27 graden is toch moeilijk heel extreem te noemen. Extreme wind gaan we misschien wel krijgen. Er wordt behoorlijk wat wind verwacht in Montpellier en omstreken. Rond het middaguur zou het windstoten geven van 30 km/h, met uitschieters naar 60 km/h. Windkrachtje of vijf, denk ik dan. Is best flink. Een zekere columnist is nu waarschijnlijk al rare dingen als 'hoooooeeeiiii' aan het twitteren. Toch wil ik niet meteen iedereen enthousiast maken. Het zou kunnen gaan waaien, maar het kan net zo goed enorm tegenvallen. Er zijn wat open stukken in het parcours, maar ook genoeg passages door bossen en dorpjes, waar de wind niet echt vrij spel heeft. Regenen gaat het in ieder geval niet doen. Geen kans op neerslag.

Deze korte sprintersrit, die eventueel gered gaat worden door de wind, begint om 13:35. Na een kwartier rondrijden door Carcassonne is dan om 13:50 het depart réel. De aankomst wordt verwacht tussen 17:22 en 17:42. Zoals je ondertussen wel gewend zal zijn begint de uitzending gewoon om 14:10. Niks mis mee, voor die tijd zal er toch niets gebeuren.

Fausto Coppi in 1951, het jaar waarin hij door zijn inzinking in de rit naar Montpellier als tiende zou eindigen in het algemeen klassement (Foto: Getty)

Voorspelling

Ja, dit wordt natuurlijk een massasprint. Als het daadwerkelijk hard gaat waaien een massasprint met een wat kleiner peloton, desalniettemin een massasprint. Zoals altijd in Montpellier. Het is voor de sprinters de eerste kans in een lange tijd. Al bijna een week geleden dat ze het nog eens mochten proberen.

1. Cavendish. Al drie ritten gewonnen, dan ben je voor de volgende massasprint ook de favoriet. Won ook al eens in Montpellier, dus hij kent dit stadje wel. Goed, hij werd in 2013 wel verslagen, maar dat kan de beste overkomen. Schijnt dat hij de afgelopen tijd wel een beetje ziekjes was. Braken op het fietsje en als eerste lossen, dat soort dingen. Daarnaast ook nog eens zijn lead-out kwijtgeraakt, Mark Renshaw. Dus eigenlijk is de kans best groot dat hij morgen helemaal niet wint, maar ik leef graag op het randje. Hij gaat gewoon net als vroeger weer zes ritten winnen in een Tour.

2. Kittel. Er zitten best veel supermarkten van de Lidl in Montpellier, dus het is een zekerheid dat Kittel het goed gaat doen. Helaas is de dichtsbijzijnde wel een aantal kilometer van de streep, dus een overwinning gaat daarom lastig worden.

3. Greipel. Is heel erg slecht bezig, maar kom op jongens. Een van de beste sprinters van de wereld. Het moet toch ooit gaan lukken? Een keer zal alles goed moeten vallen, het is niet zo dat hij er ineens niets meer van kan. In de Giro nog prima, in het begin van de Tour ook nog wel een beetje redelijk, maar de laatste sprints waren stuk voor stuk waardeloos. Moet toch weer een keer de stijgende lijn gaan pakken.

4. Sagan. Doet altijd mee in de sprint, zelfs als hij de dag ervoor nog met krachten heeft gesmeten in een lange ontsnapping. Hij moet ook wel meedoen, om punten te verzamelen voor de groene trui. In de buurt van de overwinning zal hij vermoedelijk niet komen, als hij al moeite heeft met Matthews in een vlakke sprint.

5. McLay. Dit Britse wielergodje in de dop doet het best aardig. Had eigenlijk niet zo gek veel van hem verwacht, maar hij was in de laatste massasprint zelfs derde. Doet het beter dan Groenewegen, om maar eens een willekeurige naam te noemen. Voordeel van McLay is dat hij zich behoorlijk goed door het peloton kan manoeuvreren, daarom maakt het niet zoveel uit dat zijn ploeg totaal ruk is. Kan wel weer een leuke ereplaats halen tijdens deze sprint, hoewel hij wel zware dagen heeft gehad. Kwam tijdens de vorige rit ook als een van de laatsten binnen. Hopelijk om krachten te sparen en niet omdat het vet van de soep is, anders sta ik weer voor joker.