Noodtoestand Baltimore opgeheven

De gouverneur van de Amerikaanse staat Maryland heeft woensdag de noodtoestand in Baltimore opgeheven en alle extra agenten en reservisten in de stad teruggetrokken. De noodtoestand werd ruim een week geleden ingesteld naar aanleiding van de rellen die uitbraken na de dood van Freddie Gray, een zwarte man die zwaargewond raakte bij zijn arrestatie en een week later overleed.

De burgemeester van Baltimore, Stephanie Rawlings-Blake, trok eerder deze week al de avondklok in die in Baltimore van kracht was. De Nationale Garde en de staatspolitie waren onder meer in Baltimore om de naleving van de avondklok af te dwingen. In totaal werden drieduizend reservisten en duizend extra agenten opgetrommeld. De noodtoestand kostte de staat omgerekend zo'n achttien miljoen euro.

Rawlings-Blake heeft het ministerie van justitie woensdag gevraagd een onderzoek in te stellen naar het politiekorps, om te bepalen of agenten racistisch te werk gaan of regelmatig buitensporig geweld gebruiken. Gouverneur Larry Hogan noemde dat verzoek woensdag 'een stap in de juiste richting'.