Baanploeg met verwachtingen naar WK in Parijs

Voorzichtig begint Nederland weer een rol te spelen in het baanwielrennen. Na de gouden jaren met Theo Bos, Teun Mulder en Willy Kanis leek de stilte ingetreden en werden de budgetten door NOCNSF beperkt. Aan de vooravond van de WK in Parijs (18-22 februari) en een jaar voor de Spelen in Rio staat er plots weer een groep die met name op de sprintnummers barst van het talent.

Matthijs Büchli, 22 pas maar al twee keer goed voor WK-brons op keirin, sprak bij de voorstelling van de ploeg dinsdag op Papendal vol respect over Elis Ligtlee. "Een bizar fysiek talent, die kan volgend jaar in Rio zo maar de beste van allemaal zijn."

Ligtlee, 21 pas en in 2012 op eigen initiatief overgekomen van het BMX'en, won vorige maand een wereldbekerwedstrijd sprint in Cali waar ze eerder in Londen al derde werd. Het leverde haar de eindzege in de wereldbeker op en mooie vooruitzichten richting Rio. "Fysiek gaat er daar straks geen dame beter zijn dan Elis", dacht bondscoach René Wolff. "Ze heeft bij elke wereldbekerwedstrijd deze winter de kwalificatie over 200 meter gewonnen. Ik zie vooral haar ontwikkeling in het sprinttoernooi zelf. Ze is zo gegroeid."

Wolff denkt niet zo zeer in medailles als hij vooruitblikt op de wereldtitelstrijd. "Ik kan ook tevreden zijn met vierde of vijfde plaatsen. Het WK is een momentopname, onderdeel van de kwalificatie voor de Spelen. Er kunnen hier belangrijke punten worden gehaald. Medailles willen we vooral halen op de Spelen, daar worden we uiteindelijk op afgerekend. Maar ook in Parijs gaat elke atleet voor het beste resultaat. En dat kan dus nu wel een medaille zijn."

De bijdrage van NOCNSF werd teruggedraaid na de magere score (brons voor Mulder op keirin) in Londen 2012. "Met het geld dat we hebben kunnen we verder zoals nu. Maar atleten in omstandigheden brengen waarin ze zich verder kunnen ontwikkelen is lastig."

Tevreden ziet hij de ontwikkelingen van de teamsprinters. Matthijs Büchli, Jeffrey Hoogland, Hugo Haak en Nils van 't Hoenderdaal zijn dermate aan elkaar gewaagd dat Wolff pas na de kennismaking met de baan in Parijs - vanaf woensdag - een keuze maakt voor zijn drietal. "Een sterke groep, jongens die zich aan elkaar optrekken. Mooi dat de keuze nu zo moeilijk is."