75-jarige Rotterdammers krijgen 'zorgbezoek'

Met onder meer jaarlijkse huisbezoeken aan mensen vanaf 75 jaar, wil de gemeente Rotterdam eenzaamheid bestrijden. Een digitaal signaleringssysteem moet ook nog eens voorkomen dat mensen met wie het slecht gaat onopgemerkt blijven.

Dat staat in het actieprogramma Voor Mekaar, dat zorgwethouder Hugo de Jonge (CDA) woensdag heeft gepresenteerd. In Rotterdam worden jaarlijks gemiddeld achttien mensen gevonden die minimaal twee weken dood in huis hebben gelegen.

"Eén op de drie ouderen in Rotterdam zegt niet te weten wie hij om hulp moet vragen als er wat aan de hand is. Dat moeten we ons aantrekken. Omzien naar elkaar, even je buren helpen, horen weer de normaalste zaak van de wereld te zijn in Rotterdam. En als zij zorg nodig hebben, moeten we dat snel en goed regelen", aldus De Jonge.

De gemeente start volgend jaar in zes wijken met de huisbezoeken. Na 2016 krijgen 75-plussers in 21 wijken bezoek van een professional of een getrainde vrijwilliger. Die brengen de behoefte aan zorg in kaart.

Tegelijkertijd wil de gemeente vijftigduizend Rotterdammers benaderen voor vrijwilligerswerk. Het gaat om een groep die in een eerder onderzoek heeft aangegeven dat te willen doen. Alle mensen die 65 jaar worden, krijgen van de gemeente een informatiepakket met de oproep om vrijwilliger te worden. De gemeente zou graag zien dat 65-plussers actief blijven en hun talent en kennis voor de stad inzetten.

Via een digitaal signaleringssysteem moet sneller duidelijk worden dat het niet goed gaat met oudere mensen. "Daarvoor werken we aan een slimme koppeling van signalen uit verschillende bronnen, zoals woningcorporaties, huisartsen, energieleveranciers, het waterbedrijf en zorgverzekeraars. Als een aantal van deze bronnen iets ongewoons opvalt, krijgt de persoon bezoek van iemand uit het wijkteam."