Raad van Europa hekelt partijfinanciering

Het gebrek aan regels voor het financieren van politieke partijen of campagnes in Nederland is zorgelijk. Dat concludeert de Raad van Europa na het observeren van de gemeenteraadsverkiezingen die in maart werden gehouden.

Het baart de raad ook zorgen dat er geen limiet wordt gesteld aan de campagnebudgetten. Verder is het in Nederland niet illegaal als geldschieters van politieke partijen voorwaarden stellen aan hun bijdrage.

In 2012 werd een wet aangenomen waardoor partijen giften vanaf 4500 euro openbaar moeten maken. Dit geldt echter alleen voor landelijke partijen. Via lokale afdelingen kunnen landelijke partijen de wet dus gemakkelijk omzeilen. Toenmalig PvdA-Kamerlid Pierre Heijnen sprak toen al van een maas in de wet die zo groot is dat 'zelfs een potvis erdoorheen kan'.

Er was destijds ook kritiek omdat er geen maximum was ingesteld en giften vanuit het buitenland mogelijk blijven. Hierdoor blijft het risico bestaan dat bedrijven, organisaties of rijkere burgers het democratisch proces beïnvloeden.

De nieuwe wet is volgens de Raad van Europa beter dan niks, maar nog niet voldoende. Daarom zou er meer werk van moeten worden gemaakt. Verder prijst de raad de hoge mate van toewijding die te zien was bij de stembureaumedewerkers, de goede organisatie en de pragmatische benadering van de verkiezingen.

Het was de eerste keer dat de Raad van Europa, die in 1949 werd opgericht, verkiezingen in Nederland observeerde. De raad moet overigens niet worden verward met de Europese Unie. De raad wil met conventies, wetgeving en rechtspraak van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens de democratie en de rechtsstaat bevorderen. De Europese Unie begon vooral als een economisch samenwerkingsverband. De Raad van Europa telt 47 lidstaten, de Europese Unie 28.