Criminelen schieten verkeerde dood
Schouderophalend zeggen dat ze vooral moeten doorgaan met 'mekaar afmaken' lijkt niet echt meer van toepassing op de onderwereldoorlog in Amsterdam. Alles wijst erop dat de 30-jarige Stefan Regalo Eggermont die op 13 juli werd gedood, slachtoffer is van een persoonsverwisseling.
Dat het grove geweld waarmee de laatste jaren in de hoofdstad wordt geliquideerd, niet eerder onschuldige slachtoffers eiste, mag een wonder heten. Onderwereldfiguren vinden vaak midden in woonwijken de dood, soms op klaarlichte dag. Het liefst met veel kogels, niet alleen om er zeker van te zijn maar vermoedelijk ook voor het afschrikwekkende effect. Een welgemikt schot in een oude loods, met een pistool met geluidsdemper, dat is iets voor ouderwetse zachtmoedige watjes.
Volgens de Amsterdamse hoofdcommissaris Pieter Jaap Aalbersberg is Eggermont het eerste onschuldige slachtoffer van de liquidatiegolf die de hoofdstad teistert. "Hij was tot zijn dood geen bekende van ons. We hebben hem op geen enkele manier kunnen linken aan de liquidatiegolf", aldus Aalbersberg tegen AT5.
Vermoed wordt dat het eigenlijke doelwit de broer is van ene Youssef Lkhorf. Die werd in december 2012 in de Staatsliedenbuurt met veel geweld om het leven gebracht. Hij en een kompaan werden toen met kogels uit kalasjnikovs doorzeefd. Die twee kunnen in bepaalde zin ook als onschuldige slachtoffers worden aangemerkt, want het waarschijnlijke doelwit van die aanslag wist te ontkomen.
Lkhorfs broer woont in dezelfde buurt als Stefan Regalo Eggermont en rijdt in eenzelfde soort auto, aldus de politie. Dat hij na de dood van Eggermont het hazenpad koos en naar het buitenland verkastte kan als een teken aan de wand worden gezien. De broer wordt niet als grote speler gezien. "'Kennelijk is het nu al voldoende dat je tot een bepaald kamp gerekend wordt om het doelwit te zijn van een liquidatie", aldus een betrokkene in Het Parool.
