Van Vollenhoven steunt politiemissie naar Oekraïne

Het plan om politiemensen onder de vlag van de Verenigde Naties naar het rampgebied in Oekraïne te sturen, is buitengewoon wenselijk. Dat zei voormalig voorzitter van de Onderzoeksraad voor Veiligheid professor Pieter van Vollenhoven donderdag in het KRO-radioprogramma De Ochtend van 4.

"Ik denk inderdaad dat als je wilt proberen te achterhalen wat daar gebeurd is, dan moet je alles op alles zetten om die plek tot rust te brengen. Alles wat je nog kan doen om dat te bewerkstelligen is buitengewoon wenselijk", aldus de 75-jarige Van Vollenhoven. Wel moet met enige haast een beslissing worden genomen, vindt hij. "Als het maar niet te lang gaat duren, anders heeft het geen zin meer."

Voor de onderzoekers in het rampgebied is het volgens Van Vollenhoven vooral belangrijk om niet alleen te kijken wat er nog is, maar ook wat ontbreekt. "Wat er niet is, kan van betekenis zijn. Dat kan een idee geven of er met opzet dingen zijn weggehaald."

De ministerraad heeft woensdagavond onder meer overlegd over de voor- en nadelen van een politiemissie. Agenten zouden het rampgebied veilig moeten stellen voor onderzoekers en voorkomen dat resten van het toestel verdwijnen. De Oekraïense president Petro Porosjenko heeft premier Mark Rutte (VVD) verzocht om zo'n missie. Australië heeft inmiddels vijftig politieagenten naar Londen gestuurd in afwachting van de definitieve beslissing.