Teeven moet kinderpardon van rechter verruimen

Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Fred Teeven (VVD) moet het kinderpardon verruimen in een zaak van een Kazachse vrouw en haar twee dochters. Dat heeft de Haagse rechtbank dinsdag bepaald. Teeven mag het kinderpardon niet zo strikt uitvoeren als hij wil.

De staatssecretaris had geweigerd om het gezin een verblijfsvergunning te verlenen op basis van het kinderpardon. Daarin staat dat een kind alleen in aanmerking komt voor een verblijfsvergunning als het onder rijkstoezicht staat. Kinderen die wel bekend zijn bij een gemeente maar niet bij het rijk, komen niet voor verblijfspapieren in aanmerking.

De vrouw en haar dochters waren, nadat ze in 2010 waren uitgeprocedeerd, alleen nog bekend bij de gemeente Rheden, waar ze woonden. Ze meldden zich niet meer actief bij het rijk. Volgens Teeven hebben ze zich daarmee onttrokken aan het rijkstoezicht.

De rechtbank oordeelde anders omdat pas gesproken kan worden van het onttrekken aan toezicht als een vreemdeling actief heeft geprobeerd om bij de staatssecretaris en zijn diensten uit beeld te blijven om zo te voorkomen dat hij wordt uitgezet. Volgens de rechters is niet gebleken dat het Kazachse gezin dat heeft geprobeerd.

De advocaat van het gezin stelt woensdag in de Volkskrant dat 'een grote groep asielzoekers moed kan putten' uit de uitspraak van de rechtbank. In Nederland leven in totaal honderd kinderen die wel bekend zijn bij een gemeente, maar niet bij het rijk.

Dat uitspraak betekent echter nog niet dat de twee kinderen en hun moeder in Nederland mogen blijven. De staatssecretaris moet daar opnieuw een besluit over nemen. Hij heeft nog niet op de uitspraak gereageerd maar had eerder al laten weten het kinderpardon niet aan te willen passen. "Laat helder zijn: het kabinet wil de regels van het kinderpardon niet veranderen", zei hij begin juni.

Voorstanders van een verruiming van het pardon vonden dat onrechtvaardig. Onder hen waren ongeveer driekwart van de burgemeesters, veel van de oppositiepartijen en Kinderombudsman Marc Dullaert.