Parachuteproblemen bij test 'vliegende schotel'
De Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA heeft zaterdag eindelijk zijn 'vliegende schotel' getest. Het ruimtevaartuig bereikte met succes een hoogte van ruim 36 kilometer, maar de terugtocht per parachute verliep minder geslaagd. NASA test met het ruimtevaartuig nieuwe technologie die moet worden toegepast tijdens toekomstige, eventueel bemande, missies naar Mars.
De schotel steeg vanaf Hawaï op met behulp van een grote ballon. In de hogere lagen van de atmosfeer, waar de ijle lucht gelijkenissen vertoont met de atmosfeer van Mars, werd het ruimtevaartuig met een grote parachute terug naar de aarde gezonden. Hierbij raakte de parachute verstrikt, waardoor de val van de schotel minder werd afgeremd.
Ondanks de problemen verklaarde NASA de missie tot een succes. Met de testvlucht werd een potentiële landing op Mars nagebootst en bekeken of de parachute opgewassen is tegen zijn taak. Door slechte weersomstandigheden, met name te hoge windsnelheden, moest de lancering niet minder dan zes keer worden uitgesteld.
Sinds de jaren zeventig grijpt NASA terug op hetzelfde soort parachute om landers en rovers een zachte landing op het Marsoppervlak te laten maken. Nu de ruimtevaartorganisatie ambitieuzere plannen heeft voor missies met grotere en zwaardere ruimtevaartuigen, die ook in staat moeten zijn ruimtevaarders te vervoeren, is een geavanceerder landingsmechanisme nodig.
Nu de test voorbij is gaat NASA de verzamelde data analyseren. Volgend jaar moeten nieuwe tests volgen.
