Man wil inkomen uit wietkwekerij niet terugbetalen

Een 64-jarige man uit Appelscha wil het geld dat hij verdiende met de verkoop van zijn wiet niet terugbetalen aan de staat. Hij gaat dan ook in hoger beroep tegen een uitspraak van de rechtbank in Leeuwarden. Die bepaalde eind vorige maand dat de man ruim 233.000 euro moet terugbetalen.

Advocatenkantoor Anker & Anker heeft het beroep ingesteld omdat de rechtbank de straf in hun ogen 'onjuist' heeft onderbouwd. "De rechtbank is bij de berekening uitgegaan van een oogst in 2009, maar heeft ten onrechte geen rekening gehouden met het feit dat deze oogst volgens onze cliënt vrijwel geheel is mislukt", zo is te lezen in een verklaring.

Ook gaat de rechtbank volgens het advocatenkantoor uit van een te hoge gemiddelde opbrengst per plant. "Daarnaast is geen rekening gehouden met de wisselende opbrengsten van de verschillende soorten planten en is het feit dat onze cliënt op biologische wijze heeft geteeld, met een daarbij horende lagere opbrengst, genegeerd."

Verder stellen de advocaten dat de rechter 'op geen enkele wijze' heeft meegewogen dat de man 'een principiële strijd voert tegen het in zijn ogen wankelmoedige en tweeslachtige drugsbeleid'. De Fries heeft er nooit een geheim van gemaakt dat hij wiet teelt. Hij pleit voor legalisering en had gehoopt dat de rechtbank een signaal aan de politiek zou geven door hem niet te straffen.

Behalve de 'geldstraf' kreeg de man van de rechtbank ook een werkstraf van honderd uur opgelegd en een voorwaardelijke celstraf van twee maanden. Hij kwam er daarmee nog redelijk goed van af. Justitie wilde dat hij een half miljoen euro inleverde. Ook werd een werkstraf van 180 uur geëist.