Ook Wiebes pleit voor eenvoudiger belastingstelsel

Het Nederlandse belastingstelsel moet eenvoudiger, minder fraudegevoelig en beter uitvoerbaar worden. Dat zei staatssecretaris van Financiën Eric Wiebes (VVD) vrijdag na afloop van de wekelijkse ministerraad.

Het is volgens de staatssecretaris geen geheim dat er 'een en ander aan de hand is' met het Nederlandse stelsel. "Ik heb al een keer eerder in de Kamer gezegd dat het stelsel aanzienlijk eenvoudiger moet, dat maakt het stelsel ook minder fraudegevoelig en ook beter uitvoerbaar."

Wiebes reageerde op de open brief van partijgenoot en VVD-fractievoorzitter Halbe Zijlstra vrijdag in de Volkskrant. Daarin roept de liberaal op het belastingstelsel drastisch te veranderen en versimpelen. Het belastingstelsel moet volgens Zijlstra geen wenselijk gedrag afdwingen maar terug naar zijn kerntaak, die volgens hem geld innen is.

Het fiscale stelsel is volgens de fractievoorzitter verworden tot een 'moloch die op een onzinnige manier geld rondpompt en een maakbare samenleving nastreeft'. Hij doelt daarbij met name op het toeslagensysteem.

Het kabinet is volgens Wiebes aan zet om hierover een standpunt in te nemen. "Daar maken de toeslagen onherroepelijk deel uit." De bewindsman wees erop dat steeds meer partijen in de Kamer beginnen in te zien dat er echt wat moet gebeuren. Hij wilde echter niet zo ver gaan zich daarover uit te spreken.

Vicepremier en minister van Sociale Zaken Lodewijk Asscher (PvdA) liet na afloop van de ministerraad weten dat het toeslagensysteem zowel voor- als nadelen kent. "Je kunt heel precies mensen ondersteunen in hun inkomen", zei Asscher. "Maar het is ook heel massaal en daardoor ingewikkeld en fraudegevoelig. Als we er al toe overgaan daar veranderingen in aan te brengen dan zal voor mij werkgelegenheid vooropstaan."

Beide bewindspersonen wezen ook op de commissie-Van Dijkhuizen, die vorig jaar een advies over een eenvoudiger belastingstelsel presenteerde. Volgens Asscher is dat de 'natuurlijke aanleiding' om hier verder met de Kamer over in discussie te gaan. Het kabinet reageert uiterlijk 1 juli op de voorstellen van de commissie.