FOK!toen: King Crimson - Starless and Bible Black

Het was het afgelopen weekend alweer veertig jaar geleden dat Starless and Bible Black, het 6e album van de progressieve rockband King Crimson, voor het eerst in de betere platenwinkels te vinden was. In FOK!toen vandaag aandacht voor dit epische album dat gedeeltelijk in Nederland werd opgenomen.

King Crimson - Starless And Bible Black
King Crimson - Starless And Bible Black

De voorgaande jaren

Voor het ontstaan van de band King Crimson moeten we terug naar augustus 1967. De broers Michael (drums) en Peter Giles (basgitaar) willen een eigen band gaan oprichten en komen al snel in contact met Robert Fripp (gitaar). De mannen vormen de band Giles, Giles and Fripp, waarmee een aantal singles en de elpee The Cheerful Insanity of Giles, Giles and Fripp wordt opgenomen. De groep werd vervolgens uitgebreid met toetsenist Ian McDonald, die eveneens zijn vriendin Judy Dyble (ex-Fairport Convention) aan de groep voorstelde.

Nadat de liefde tussen McDonald en Dyble voorbij was, verdween ze ook alweer snel uit de groep. McDonald was echter ook bevriend met Peter Sinfield, met wie hij al eerder composities had gemaakt. Rond dezelfde tijd is Fripp bij een optreden van de band 1-2-3 in de Marquee club in Londen. Dit optreden zou zeer inspirerend zijn voor Fripp die nog duidelijk opzoek was naar wat hij in de muziek wou gaan doen. Nadat bassist Peter Giles was vervangen door Greg Lake, een vriend van Fripp, was de eerste line-up van King Crimson een feit.

Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 30 maart 1973
Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 30 maart 1973

In the Court of the Crimson King

Tussen 1968 en 1970 bracht de groep slechts één album uit. Na het verschijnen van In the Court of the Crimson King (1969) deed de groep een tournee door Amerika met als finale een optreden in Fillmore West in San Francisco. Hierna viel de band uitelkaar. Michael Giles zou verder gaan als sessiedrummer terwijl McDonald de groep Foreigner op zou gaan richten. Begin 1970 verliet ook Lake de band om samen met Keith Emerson de band Emerson, Lake & Palmer te gaan vormen.

In 1970 verschijnt In the Wake of Poseidon (1970), het tweede album van King Crimson. De gebroeders Giles waren teruggekeerd om de openstaande plaatsen in de groep op te vullen. Het had weinig gescheeld of de op dat moment nog totaal onbekende Elton John was zanger geworden maar de groep verkoos om Greg Lake de nummers te laten zingen, met uitzondering van de track 'Cadence And Cascade', dat werd gezongen door Gordon Haskell. Daarnaast was de groep uitgebreid met saxofonist Mel Collins (ex-Circus) en pianist Keith Tippett. Vooral laatstgenoemde zou van grote invloed zijn op de volgende albums van de groep.

Nadat In the Wake of Poseidon was verschenen moest Fripp op zoek naar nieuwe muzikanten om weer op te kunnen treden. Fripp haalde Haskell over om als vaste zanger en bassist in de band te gaan spelen en ook Collins was vanaf dat moment een vast bandlid van King Crimson. Ook vonden ze een nieuwe drummer in de persoon van Andy McCullogh, die eerder in bands als Shy Limbs en Manfred Mann had gespeeld. Nadat het album Lizard (1970) was verschenen verlieten zowel Haskell als McCullogh de band.

De Japanse persing van Starless And Bible Black
De Japanse persing van Starless And Bible Black

De tweede line-up

Begin 1971 bestond King Crimson uit Fripp, Sinfield, Collins en de nieuwkomende drummer Ian Wallace. Bij audities voor een nieuwe zanger kwamen artiesten als Bryan Ferry en Elton John een poging wagen maar de keus viel op Raymond 'Boz' Burrell (ex-Boz People). Nadat een aantal bassisten lieten afweten besloot Fripp om Boz een snelcursus basgitaarspelen te geven. Dat ging vrij vlot aangezien Boz al ervaring had op gitaar. Hetzelfde jaar ging de groep voor het eerst sinds 1969 weer op tournee. Daar Fripp de enige in de band was die geen enkele vorm van drugs gebruikte ontstonden er de nodige spanningen tussen de bandleden.

Op Islands, het eerste en eveneens enige album in deze bezetting, horen we een groep aan het werk die zich duidelijk had laten beinvloeden door muzikanten zoals Miles davis. In 1972 werden de mannen overgehaald om nog één tour te gaan doen. Tijdens de tour werd er behoorlijk geëxperimenteerd op het podium en werd duidelijk dat er een te grote afstand was ontstaan tussen Fripp en de rest van de band.

De Nachtwacht

Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 4 augustus 1972
Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 4 augustus 1972

In de zomer van 1972 had Fripp een geheel nieuwe band om zich heen verzameld. Zo bestond de groep nu uit percussionist Jamie Muir (ex-Sunship, ex-Derek Bailey), drummer Bill Bruford (ex-Yes), zanger en bassist John Wetton (ex-Family) en violist David Cross. Nu de vaste tekstschrijver Sinfield de band had verlaten werd zijn plaats overgenomen door Richard Palmer-James, de voormalige gitarist van Supertramp.

In 1973 verscheen van deze bezetting het album Larks' Tongues In Aspic. Het album was een verrassende combinatie van jazz, klassieke muziek, folk en heavy metal en liet een geheel nieuw geluid van de groep horen. Na de promotietour voor het album verliet Muir de band. Tijdens de Larks' Tongues In Aspic-tour begonnen de muzikanten te werken aan nieuw materiaal. Zo werd er bij de concerten veel geimproviseerd en werden er ook opnames gemaakt voor later gebruik. Op 23 november 1973 speelt het kwartet in het Concertgebouw in Amsterdam. Het optreden zou grotendeels uitgezonden worden op de BBC en zou door de fans van de groep opgenomen en verspreid worden op cassettebandjes.

King Crimson - Starless And Bible Black back

Starless and Bible Black

In januari 1974 gaan de mannen naar de Air Studios in Londen om daar 'The Great Deceiver', 'Lament' en 'The Nightwatch' op te nemen voor het nieuwe album Starless and Bible Black. Naast de twee studiotracks horen we op het album improvisaties zoals We'll Let You Know (opgenomen in Zurich), 'The Mincer' (opgenomen in Glasgow) en 'Trio', 'Fracture', 'Starless and Bible Black' en de introductie van 'The Night Watch' (opgenomen in Amsterdam).

De titel van het album was afkomstig uit het verhaal Under Milk Wood van Dylan Thomas en was een geïmproviseerd instrumentaal nummer, dat op het volgende album Red nog een vervolg zou krijgen met het nummer 'Starless'. Het album Starless and Bible Black sluit vervolgens af met het dik elf minuten durende instrumentale 'Fracture', dat door Fripp omschreven werd als het moeilijkste nummer dat hij ooit opnam. Toen op 29 maart 1974 het album in de schappen kwam te liggen was de pers laaiend enthousiast en noemde Starless and Bible Black het beste werk van King Crimson sinds hun epische debuutalbum uit 1969.

De Her-uitgave uit 2011
De Her-uitgave uit 2011

Het Album

Kant 1

Kant 1:
01. The Great Deceiver 4:02
02. Lament 4:00
03. We'll Let You Know 3:46
04. The Night Watch 4:37
05. Trio 5:41
06. The Mincer 4:10

Kant 2

Kant 2:
01. Starless and Bible Black 9:11
02. Fracture 11:14