Nederland belooft hulp in strijd tegen ivoorhandel

Nederland gaat meehelpen in de strijd tegen de stroperij van olifanten en neushoorns. Staatssecretaris van Economische Zaken Sharon Dijksma (PvdA) stelt daarvoor geld en kennis ter beschikking. Het geld dient onder meer om parkwachters in landen als Botswana en Rwanda op te leiden.

Op het gebied van kennis schiet onder meer het Nederlands Forensisch Instituut te hulp. Dat gaat helpen bij het opsporen van stropers, handelaren en exporteurs. Dijksma maakte de Nederlandse inzet bekend tijdens de London Conference on the Illegal Wildlife Crime, waaraan nog 49 andere landen en elf VN-organisaties deelnemen.

Door de logistieke positie van de Rotterdamse haven en Schiphol is Nederland een belangrijke schakel in de aanpak van stroperij. Omdat de handel in ivoor vaak via havens verloopt, wordt een kennisuitwisselingsproject opgezet met andere belangrijke logistieke knooppunten. Een daarvan is Mombassa in Kenia. Daar worden scanners geïnstalleerd die containers en kratten controleren op ivoor. Ook wordt douaniers geleerd hoe zij kunnen werken met speurhonden.

Ook de kennis van Nederlandse bedrijven op het gebied van landbouw wordt ingezet. Armoede is een belangrijke oorzaak van de handel in ivoor. Door kleine boeren in Afrika te leren hun productie te verhogen, kunnen ze een beter inkomen genereren en is stroperij en de handel in ivoor niet langer noodzakelijk.

Jaarlijks worden grote aantallen olifanten en neushoorns gedood voor hun ivoor. Dijksma noemt het een 'groot probleem'. "Deze dieren moeten met rust gelaten worden. Het is van groot belang dat er nu een conferentie wordt gehouden met tientallen landen en invloedrijke organisaties om de ivoorhandel voor eens en altijd aan te pakken."