'Topambtenaar hielp longartsen in conflict VUmc'

Topambtenaar Harry Paul heeft zijn positie misbruikt toen hij twee longartsen hielp die aan de bel trokken vanwege de gebrekkige patiëntveiligheid bij het VUmc. Dat concludeert het Radio 1-programma Argos.

Paul, inspecteur-generaal van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit, is de broer van Rick Paul, een van de twee longchirurgen. Rick Paul en longchirurg Piet Postmus kwamen in conflict met hun collega's nadat ze een melding hadden gedaan bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg van een calamiteit waarbij een longpatiënt was overleden.

Postmus en Paul werden op non-actief gesteld. Na een lange procedure mochten ze weer aan het werk. De rechter bepaalde echter wel dat Postmus niet als afdelingshoofd aan de slag mocht omdat hij de problemen eerst intern had moeten bespreken. Daarom zou het redelijk zijn dat het ziekenhuis hem niet meer aan de slag wil hebben als leidinggevende.

Nu blijkt volgens Argos dat topambtenaar Harry Paul zijn boekje te buiten is gegaan door zich in de zaak te mengen. Hij zou zich op de achtergrond uitgebreid met het conflict hebben bemoeid. Zo zou hij het probleem onder meer onder de aandacht hebben gebracht van toenmalig minister van Landbouw Cees Veerman (CDA) en het toenmalig hoofd van de Inspectie voor de Gezondheidszorg, Gerrit van de Wal.

Een oud-docent van Harry Paul speelde volgens Argos vanuit de raad van toezicht van het VUmc vertrouwelijke informatie aan hem door. Verder gaf de topambtenaar zijn broer advies over de te volgens strategie in het conflict.

Hoewel van een broer hulp mag worden verwacht als er ogenschijnlijk misstanden zijn bij een ziekenhuis, ging Harry Paul volgens hoogleraren Jan Klein en Hans van den Heuvel toch te ver. De topambtenaar zegt volgens het programma dat hij in zijn contact met minister Veerman hem alleen op het hart heeft gedrukt zijn verantwoordelijkheid te nemen. Volgens Van den Heuvel kan daar echter een verzoek in worden gezien zijn broer te helpen.

Door de bemoeienis van Harry Paul werd een zaak bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg aangebracht waarvan vrijwel iedereen volgens Argos vond dat het geen calamiteit was. Dit zou zijn gedaan met het doel het hoofd van de intensive care, Armand Girbes, weg te werken. Volgens hoogleraar Klein werd hierbij het belang van de patiënt uit het oog verloren.