Europese Commissie kan volgens Kroes kleiner

Het aantal eurocommissarissen kan wel 'een streepje minder'. Dat erkent eurocommissaris Neelie Kroes donderdag in een interview op radiozender BNR. Ze reageerde op uitlatingen van minister van Buitenlandse Zaken Frans Timmermans (PvdA). Hij pleitte in The Financial Times voor een kleinere Europese Commissie.

De VVD bepleit in haar Europees verkiezingsprogramma een halvering van het aantal eurocommissarissen, nu 28. De komende vijf jaar is dat in ieder geval nog niet mogelijk, zei Kroes over het voorstel van haar partij. Nederland heeft er namelijk eerder al mee ingestemd dat het aantal eurocommissarissen tot 2019 niet wordt verminderd.

In september zei voorzitter van de verkiezingsprogrammacommissie Pim van Ballekom dat Kroes geen oordeel heeft over het halveren van de Europese Commissie. Kroes, die onder meer in directies en raden van bestuur heeft gezeten, stelt nu nog nooit met zo veel mensen aan tafel te hebben gezeten als bij de EU. "Dus is het veel. Geen twijfel over mogelijk."

Volgens Kroes moet een stelsel worden gemaakt dat vergelijkbaar is met het Nederlandse stelsel van ministers en staatssecretarissen. Zij en Timmermans noemen dat clusters, waarbij een zogenoemde A-commissaris verantwoordelijk is voor bijvoorbeeld economische zaken en wordt bijgestaan door een aantal B-commissarissen.

VVD-coryfee Frits Bolkestein was er eerder voorstander van dat ieder EU-land met een eurocommissaris was vertegenwoordigd, maar kwam hier in 2010 van terug. Hij wees erop dat eurocommissarissen altijd proberen op te vallen met initiatieven, 'onbekookt of niet'. Het grote aantal eurocommissarissen zou leiden tot een stroom van 'onnutte initiatieven'. Daarom zou het aantal moeten worden teruggebracht tot twaalf. "Die zullen het wel zo druk hebben dat zij het uit hun hoofd zullen halen onzinnige ideeën te lanceren."

Minder eurocommissarissen betekent ook dat Nederland niet meer vanzelfsprekend een 'eigen' eurocommissaris heeft. Van Baalen stelde daarom als harde voorwaarde dat Frankrijk niet vaker een eigen commissaris moet krijgen dan kleinere landen zoals Nederland.

Bolkestein stelde in 2010 al dat zo'n oplossing ongeloofwaardig is omdat een commissie zonder Frankrijk, Duitsland of Engeland ongeloofwaardig zou zijn. Hij pleitte ervoor de grote lidstaten een vaste plek te geven en de overige plaatsen te laten rouleren.