Van Anraat in hoger beroep om schadeclaims
De voor oorlogsmisdaden veroordeelde zakenman Frans van Anraat gaat in hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank in Den Haag over de schadevergoeding die hij moet betalen aan slachtoffers van gifgasaanvallen van Irak. Dat heeft zijn advocaat Hans Vermeer dinsdag gezegd.
De rechtbank bepaalde in april dat Van Anraat 25 duizend euro smartengeld moet betalen aan zestien slachtoffers. De zakenman verkocht in de jaren tachtig chemicaliën om mosterdgas mee te maken aan het Iraakse regime onder Saddam Hussein. Het mosterdgas werd ingezet bij bombardementen op steden in Iran en Irak. Bij een luchtaanval in 1988 kwamen vijfduizend Koerden om en vielen tienduizenden gewonden.
Van Anraat werd in 2007 in hoger beroep veroordeeld tot zeventien jaar cel voor medeplichtigheid aan oorlogsmisdaden in Irak. De Hoge Raad haalde daar later een halfjaar af. In een andere zaak werd Van Anraat veroordeeld tot het betalen van ruim 545 duizend euro aan de staat.
Drie Iraakse en dertien Iraanse slachtoffers die ernstig gewond raakten door het mosterdgas stapten naar de rechter voor een schadeclaim. Volgens Vermeer valt bij Van Anraat echter niets te halen. Ook houdt zijn cliënt vol niet te hebben geweten dat de chemicaliën werden gebruikt voor gifgasaanvallen.
