Smartengeld tv-opnames VUmc duizend euro

De zeven patiënten die aangifte hebben gedaan over het televisieprogramma 24 uur tussen leven en dood, krijgen ieder een schadevergoeding van duizend euro. Dat heeft hun advocaat Peter Plasman vrijdagavond gezegd in Nieuwsuur. Of hij akkoord gaat met de schikking die met het VUmc en producent Eyeworks is getroffen weet de raadsman nog niet.

Vrijdag werd bekend dat het VU medisch centrum en Eyeworks akkoord zijn gegaan met een schikking met het Openbaar Ministerie van respectievelijk dertig- en twintigduizend euro wegens het schenden van het medisch beroepsgeheim. Daarnaast krijgen de patiënten die aangifte hebben gedaan dus een schadevergoeding. De hoogte daarvan was tot dusver onbekend.

Voor het realityprogramma 24 uur tussen leven en dood werden beelden en gesprekken opgenomen zonder dat dit vooraf tegen de patiënten was verteld.

Plasman vindt de bedragen die het VUmc en Eyeworks moeten betalen laag. "Een bedrag van dertigduizend euro is voor zo'n organisatie als het VUmc zo op te hoesten."

Maar de raadsman geeft aan dat bij de bepaling van de hoogte van het bedrag rekening is gehouden met de media-aandacht voor de kwestie. Ook hebben de twee organisaties goed meegewerkt aan het onderzoek. Daarbij heeft het VUmc maatregelen getroffen om herhaling te voorkomen. Belangrijk vindt Plasman daarbij naar eigen zeggen dat justitie hiermee wel aangeeft dat een grove fout is gemaakt.

Dat er geen mensen als verdachten zijn aangemerkt, vindt Plasman vreemd. Justitie heeft aan hem bijvoorbeeld laten weten dat hoofd spoedeisende hulp bij het VUmc Jaap Bonjer nauwelijks iets van de zaak wist, zegt Plasman. In een verklaring van het ziekenhuis staat de rol van Bonjer volgens Plasman echter duidelijk beschreven. Zo zou hij betrokken zijn geweest bij een vooroverleg over de betekenis van het medisch beroepsgeheim voor het filmplan.

Of zijn cliënten akkoord gaan met de schikking, weet Plasman nog niet. Hij heeft een aantal cliënten gesproken die er langer over willen nadenken.

Over de vergoeding van duizend euro voor de geleden immateriële schade zegt de advocaat dat hij zijn cliënten heeft verteld dat het in Nederland erg moeilijk zal zijn daar meer voor te krijgen. "De norm daarbij ligt in Nederland niet erg hoog." Plasman waardeert het echter dat justitie het onderdeel schadevergoeding zelfstandig aan de orde heeft gesteld. "Dat is niet op verzoek van mijn cliënten geweest."