Obama steeds ongeloofwaardiger

De geloofwaardigheid van de regering van de Amerikaanse president Barack Obama heeft opnieuw een klap gekregen. De afgelopen weken werd duidelijk dat de Amerikaanse belastingdienst conservatieve organisaties oneerlijk bejegende en dat de regering de telefoongegevens van journalisten heeft verzameld. Daarnaast was er kritiek op de wijze waarop de regering de nasleep van de aanval op het consulaat in het Libische Benghazi aanpakte. Nu komt daar nog eens de onthulling bij dat de Amerikaanse overheid toegang heeft tot de servers van negen grote internetbedrijven, zoals Google, Apple, Microsoft en Facebook.

De Amerikaanse en Britse kranten The Washington Post en The Guardian meldden vrijdag dat de Amerikaanse veiligheidsdiensten NSA en FBI op grote schaal privégegevens van klanten van grote internetbedrijven verzamelen. Ze halen audio- en videogesprekken, foto's, e-mails, documenten en contactgegevens op, zodat analisten de gangen van mensen kunnen nagaan en hun contacten in kaart kunnen brengen. Het is onduidelijk of het programma, PRISM geheten, gericht is tegen bepaalde verdachten, of een algemene dekking heeft.

Eerder deze week werd ook bekend dat de Amerikaanse telefoonmaatschappij Verizon via een gerechtelijk bevel opdracht heeft gekregen 'op dagelijkse basis' alle telefoongegevens van zijn klanten te overleggen. Op basis van die gegevens zouden analisten volgens deskundigen patronen kunnen ontdekken die zouden kunnen wijzen op terroristische activiteiten. Aannemelijk is dat ook andere telefoonmaatschappijen zulke gegevens moeten overleggen.

De Amerikaanse regering heeft zich altijd verdedigd met het argument dat al deze informatie, die wordt opgevraagd onder de omstreden Patriot Act die na de aanslagen van 11 september 2001 van kracht werd, nodig is om het hoofd te bieden aan terreurdreigingen. Director of National Intelligence James Clapper benadrukte donderdagavond dat alle informatieverzoeken van de regering legaal zijn, beperkt van omvang en nodig om terreurdreigingen te herkennen. Hij noemde de onthulling van de programma's 'laakbaar' en zei dat het uitlekken langdurige en onherstelbare schade kan toebrengen aan het vermogen om op bedreigingen te reageren.

Met het argument dat het zonder toestemming openbaren van geheime documenten een bedreiging vormt voor de aanpak van terrorisme lijken veel Amerikanen inmiddels geen genoegen meer te nemen. Zeker niet van een president die altijd heeft gehamerd op transparantie en het afleggen van verantwoording. Bovendien is bij veel mensen de vraag gerezen waarom Obama al zeven jaar een beleid volgt dat erg lijkt op dat van de vorige president, George Bush. Obama heeft eerder juist gezegd afstand te willen nemen van zijn voorganger.

"Als gezagsgetrouwe Amerikanen een telefoontje plegen, dan is het privéinformatie wie ze bellen, wanneer ze bellen en waar het telefoongesprek vandaan komt", aldus de Democratische senator Ron Wyden. "Als gevolg van de onthullingen van vandaag gaan we in het Congres en in het land een stevig debat voeren dat al lang geleden gevoerd had moeten worden."

De Republikeinse senator Rand Paul noemde het verzamelen van telefoongegevens van Verizon-klanten een 'verbijsterende aanslag op de grondwet'. "Na onthullingen dat de IRS politieke dissidenten extra scherp in de gaten hield en dat het ministerie van justitie telefoongegevens van verslaggevers heeft gevorderd, lijkt het erop dat de regering nu een nieuw dieptepunt heeft bereikt."

Of het echter bij dit dieptepunt blijft, is de vraag. De Amerikaanse krant Wall Street Journal meldt dat de NSA mogelijk ook creditcardgegevens opvraagt. Het Witte Huis wilde tegenover verslaggevers van Associated Press niet reageren op dit bericht.

Google, Facebook en Yahoo hebben laten weten dat zij de veiligheidsdiensten niet rechtstreeks toegang tot hun gegevens verschaffen. Google zegt gebruikersgegevens te verstrekken volgens de wet en na zorgvuldige toetsing van elk verzoek. "Google heeft geen 'achterdeur' waarlangs de overheid bij privégegevens van gebruikers kan komen." Volgens Clapper wordt het programma elke negentig dagen door een speciaal nationaal veiligheidshof getoetst en verbiedt dit hof de overheid om willekeurig in de gegevens te grasduinen.

Ook bij het opvragen van telefoongegevens komt de rechter te pas. Als de NSA op basis van de gegevens die zijn verzameld vermoedt dat iemand bijvoorbeeld banden onderhoudt met terreurorganisaties, dan kan er een verzoek voor een telefoontap worden ingediend. Daar gaat volgens Mike Rogers, die namens de Republikeinen zitting heeft in de inlichtingencommissie van het Huis van Afgevaardigden, een hele reeks controles aan vooraf. Wat voor controles dat zijn blijft onduidelijk.

Sommige politici willen dat daar een einde aan komt. "De Amerikaanse burgers kunnen niet onwetend worden gelaten over het basisontwerp van de programma's die dienen voor hun bescherming", aldus senator Al Franken.

De NSA is erg gevoelig voor aantijgingen dat de dienst Amerikanen bespioneert en heeft een folder verspreid waarin wordt beloofd dat de burgerrechten en Amerikaanse wetten in acht worden genomen. Dianne Feinstein, voorzitter van de inlichtingencommissie van de Senaat, zei dat het nu eenmaal nodig is dat informatie wordt verzameld om zo terreurcomplotten te voorkomen en Amerikanen te beschermen. "Dat is het doel. Als we het op een andere manier kunnen doen, dan kijken we of het ook op een andere manier kunnen doen. Graag zelfs." Het Congres staat volgens Feinstein open voor veranderingen. "Maar dat betekent niet dat die er ook komen."