Netanyahu: Iran achter aanslag bus

Een bus vol Israëlische toeristen is in Bulgarije getroffen door een explosie. Daarbij zijn ten minste drie doden en twintig gewonden gevallen, meldden Israëlische media woensdag op basis van een bron bij het Bulgaarse ministerie van binnenlandse zaken.

De Bulgaarse politie deelde eerder alleen mee dat er een bus met Israëliërs in brand is gevlogen op een luchthaven in de stad Burgas aan de Zwarte Zee en wilde niets kwijt over slachtoffers.

Getuigen vertelden tegen de Israëlische zender Channel 2 TV dat iemand woensdag de bus instapte, waarna direct een grote explosie volgde. Eén getuige, Gal Malka, zei dat ze zag dat een man zich opblies. Het voertuig zat vol Israëlische tieners.

Op tv-beelden is te zien hoe er rook opkringelt en de achterkant van een toeristenbus in lichterlaaie staat. Veertig minuten voor de explosie was een vliegtuig uit Tel Aviv op de luchthaven van Burgas geland.

Bulgarije is een populaire vakantiebestemming voor Israëliërs. 

Update 19.37 uur
De Israëlische premier Benjamin Netanyahu legt de schuld voor de terreuraanslag, die woensdag in Bulgarije aan zeker drie Israëliërs het leven kostte, bij Iran. "Alle tekenen wijzen op Iran", zei Netanyahu, die dreigde met strenge vergeldingsacties.

De aanslag lijkt op vergelijkbare pogingen tot gewelddaden in India, Georgië, Thailand, Kenia en Cyprus de afgelopen maanden, merkte de premier op. "Dit is een Iraanse terreurdaad die zich over de wereld verspreidt", zei hij. "Israël zal krachtig op de Iraanse terreur reageren."

Woensdag precies achttien jaar geleden vonden bij een bomaanslag op een joodse organisatie in Buenos Aires, in Argentinië, 85 mensen de dood. In 2006 wezen Argentijnse aanklagers met een beschuldigende vinger richting Iran, dat de extremistische Libanese beweging Hezbollah zou hebben aangezet tot het plegen van deze terreurdaad.