Webwinkel mag niet op industrieterrein

Webwinkels mogen niet zijn gevestigd op een industrieterrein. Bij een webwinkel is namelijk sprake van detailhandel en dus horen ze er net zomin thuis als een supermarkt. Dat blijkt uit een woensdag openbaar geworden schriftelijke uitspraak van de rechtbank in Den Bosch.

De zaak kan volgens advocaat Marc Houben verstrekkende gevolgen hebben. "Als een webwinkel alleen in een pand met bestemming detailhandel mag worden gevestigd, betekent dit dat de vele webwinkels die vanuit een woning worden gerund ook kunnen worden aangepakt."

De zaak was aangespannen door de Slijtersunie, vertegenwoordigd door Houben. De Slijtersunie vond dat de gemeente Schijndel moest optreden tegen het bedrijf achter Limoncello.nl, dat online drank verkoopt. De branchevereniging wil zo de 'wildgroei aan webwinkels' tegengaan en stelt dat via internet nauwelijks op leeftijd kan worden gecontroleerd.

De gemeente vond echter dat er geen sprake is van detailhandel omdat niet aan de deur wordt gekocht. Ook wees de gemeente op een uitspraak van de Raad van State.

Die uitspraak ging over een opslagruimte van waaruit goederen werden gebracht naar klanten die een internetbestelling hadden gedaan. De raad oordeelde in die zaak dat hier geen sprake was van detailhandel. De rechtbank vindt deze zaken echter niet vergelijkbaar.

De rechter wijst erop dat het in Schijndel niet om een opslagruimte gaat, maar dat de webwinkel vanuit het pand wordt gerund, de betaling ter plekke wordt gecontroleerd, de goederen er worden verzameld en verpakt en uiteindelijk ook worden verstuurd. Een webwinkel moet dus in ieder geval deels in een pand met bestemming detailhandel zijn gevestigd.

De gemeente moet volgens de rechtbank dan ook optreden tegen de webwinkel. Tegen de uitspraak is nog hoger beroep mogelijk.