Vijf nieuwe genen voor schizofrenie ontdekt

Een internationaal team van wetenschappers heeft vijf nieuwe genen ontdekt die een rol spelen bij schizofrenie. Mensen met deze genen hebben tien tot twintig procent meer kans op de aandoening. Het tijdschrift Nature Genetics heeft de resultaten zondagavond gepubliceerd. Psychiatrische onderzoekers van het UMC Utrecht waren medeverantwoordelijk voor de analyse van de genen.

Met bijna 52 duizend deelnemers, van wie ongeveer zeventienduizend schizofreniepatiënten, is het het grootste genetische schizofrenieonderzoek ooit. Het leverde zeven genvarianten op die betrokken zijn bij schizofrenie, waarvan er nog vijf onbekend waren.

Het onderzoek bevestigt de overlap tussen schizofrenie en manische depressiviteit. Veranderingen in drie genen blijken zowel de kans op schizofrenie als op bipolaire ziekte te verhogen.

"Dit is een belangrijke stap in het ontrafelen van de oorzaak van schizofrenie", zegt psychiater René Kahn van het UMC Utrecht. "Op de langere duur biedt het aanknopingspunten voor een betere behandeling."

Het UMC Utrecht leverde samen met het AMC, UMC Groningen en Universiteit Maastricht de gegevens van zo'n duizend Nederlandse patiënten en duizend gezonde proefpersonen aan.

In Nederland lijden ongeveer honderdduizend mensen aan schizofrenie, waarbij genetische aanleg een belangrijke rol speelt. Schizofrenen hebben last van hallucinaties en wanen.