Nederlandse Chinezen actief op arbeidsmarkt

Nederlandse Chinezen doen het relatief goed op de Nederlandse arbeidsmarkt. Vooral de tweede generatie scoort hoog. Vijf procent van hen is werkloos. Onder Turkse en Marokkaanse Nederlanders is dat meer dan tien procent. Dat blijkt uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP). Wel hebben Chinese Nederlanders relatief vaak een laag inkomen.

Bijna de helft van de Chinese huishoudens heeft per jaar minder dan twintigduizend euro te besteden. Onder Nederlandse huishoudens is dit 23 procent. Het gemiddelde inkomen van de Nederlandse Chinezen is de laatste tien jaar wel gestegen, net als voor de meeste andere niet-westerse groepen.

Veel Chinezen hebben na hun komst naar Nederland werk gevonden in de horeca. Hoewel hun aantaal afneemt, werkt nog steeds 43 procent in deze sector. Daarnaast zijn er onder Nederlandse Chinezen veel zelfstandige ondernemers te vinden, namelijk zo'n dertien procent. Onder Turkse en autochtone Nederlanders ligt dit op zeven procent.

Ook in het onderwijs scoort de bevolkingsgroep hoog, vooral in het havo- en vwo-onderwijs. Van de tweede generatie stroomt 85 procent door naar het hoger onderwijs, tegenover 59 procent van de autochtone Nederlanders. Daarmee scoort de groep het best van alle bevolkingsgroepen.

De eerste generatie Chinezen heeft nog steeds veel moeite met de Nederlandse taal en richt zich vooral op de eigen groep. De Nederlandstalige media gaan grotendeels aan ze voorbij en ze gaan minder om met autochtonen. Onder de tweede generatie is dit anders. Die spreekt vaak goed Nederlands. De helft van hen heeft een autochtone beste vriend.

Het SCP heeft voor het onderzoek ongeveer duizend Chinese Nederlanders ondervraagd.