'Duurdere Zweedse aanpak anorexia werkt slechter'

Een kostbare Zweedse methode voor de behandeling van anorexia nervosa blijkt slechter te werken dan de reguliere methode in Nederland. Dat concluderen Nederlandse onderzoekers in de internetversie van het tijdschrift International Journal of Eating Disorders, schrijft Trouw.

De onderzoekers vergeleken de reguliere methode in Nederland met de zogenoemde mandometermethode, die in 2005 overwaaide naar Nederland. Bij deze behandeling wordt de weegschaal aan een computer gekoppeld, zodat patiënten te horen krijgen hoeveel ze eten en hoe snel.

Verder zou de aanpak vergelijkbaar zijn met de reguliere zorg. Daarbij werken diëtisten, psychiaters en familietherapeuten samen. De Zweedse methode werd tot in 2009 aangeboden door De Bascule, een academisch centrum voor kinder- en jeugdpsychiatrie in Amsterdam.

Per patiënt die volgens deze methode werd behandeld, moest het centrum jaarlijks 3000 euro betalen. Omdat er twijfels waren over de methode, stopte het centrum er in 2009 mee.

De stop was terecht, blijkt nu uit het onderzoek. Na een behandeling van tien maanden volgens de reguliere methode was 85 procent van de patiënten weer op het goede gewicht. Bij de mandometergroep was dat slechts tweederde.

Twee jaar na het begin van de behandeling had ruim een kwart van de regulier behandelde patiënten geen gezond gewicht meer. Bij de mandometerpatiënten was dat bijna de helft.

De mandometer kreeg in 2007 veel aandacht toen een 32-jarige vrouw in de media aandacht vroeg omdat ze de behandeling niet vergoed kreeg van haar verzekeraar. Uiteindelijk bood een man die de loterij zou hebben gewonnen aan de behandeling voor haar te betalen. Hij bleek echter een fantast. Uiteindelijk ging de vrouw zelf naar een Zweedse kliniek en had ze een schuld van anderhalve ton. Vorig jaar werd gemeld dat ze op goed gewicht was en inmiddels een kind heeft.