Libië: Veiligheidsraad veroordeelt geweld

De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties heeft dinsdagavond het gewelddadige optreden tegen antiregeringsdemonstranten in Libië scherp veroordeeld. Daarmee wordt de Libische leider Moammar Gadhafi verder geïsoleerd. De Veiligheidsraad wil dat er per direct een einde komt aan het geweld. De Arabische Liga heeft na een spoedzitting besloten Libië te schorsen, wat betekent dat Libië niet naar vergaderingen mag komen.

In een verklaring zeiden alle vijftien leden van de Veiligheidsraad zich 'ernstig zorgen' te maken over de situatie in het Noord-Afrikaanse land. De raad 'betreurt het harde optreden tegen vreedzame demonstranten en de honderden burgers die zijn gedood ten zeerste'. De verklaring kwam uren nadat Gadhafi in een televisietoespraak zwoer tot zijn 'laatste druppel bloed' te vechten en alle mensen die van hem hielden opriep de straten over te nemen. Volgens berichten van mensenrechtenorganisaties zijn naar schatting al honderden mensen om het leven gekomen.

De VN-raadsleden willen dat de Libische regering haar bevolking beschermt en de mensenrechten respecteert. Degenen die burgers aanvallen moeten daarvoor verantwoording afleggen en internationale mensenrechtenbewegingen en bewegingen die humanitaire hulp bieden moeten toegang tot het land krijgen, aldus de raadsverklaring.

De Mensenrechtenraad heeft aangekondigd een onderzoek in te stellen naar Gadhafi en de berichten van de laatste dagen over het geweld tegen betogers. Ze verdenken de kolonel, Broeder Leider en Gids van de Revolutie van misdaden tegen de menselijkheid.

Intussen neemt de steun voor Gadhafi in rap tempo af. In het buitenland hebben veel diplomaten het regime de rug toegekeerd. Dinsdag werd bekend dat de minister van Binnenlandse Zaken en een van de trouwste bondgenoten van Gadhafi, Abdel Fattah Younis, is opgestapt. Younis, tevens commandant van een machtige militaire eenheid, kondigde in Benghazi aan dat hij de kant van het volk koos. Hij riep het leger op dat ook te doen. Zondag en maandag stapten al twee andere ministers op.

"Ik heb al mijn functies opgegeven als reactie op de revolutie van 17 februari. Ik ben ervan overtuigd dat de eisen van die revolutie gerechtvaardigd zijn", zei Younis, die een van de legerofficieren was die samen met Gadhafi in 1969 de coup pleegde die de Libische leider in het zadel hielp.