'Piloten veroorzaakten vliegramp Faro'

De vliegramp die in 1992 in het Portugese Faro aan 56 mensen het leven kostte is niet veroorzaakt door slecht weer, maar door fouten van de bemanning. Uit het officiële onderzoek is cruciale informatie weggelaten om te voorkomen dat schadeclaims worden neergelegd bij vliegmaatschappij Martinair, schrijft het AD maandag.

De krant baseert zich op een nieuw onderzoek dat in opdracht van nabestaanden is uitgevoerd. Over de oorzaak van de vliegramp bestaat al jaren onenigheid. De toenmalige Nederlandse Raad voor de Luchtvaart weet het ongeluk aan harde rukwinden.

Die zouden de rechtervleugel plotseling naar beneden hebben gedrukt, waardoor het toestel met een klap op de grond kwam en rechts een wiel afbrak. De rechtervleugel raakte vervolgens de grond, waardoor het vliegtuig om zijn as tolde en in stukken brak. Van de 327 inzittenden kwamen er 56 om. Er vielen 106 zwaargewonden.

Uit de data van de zwarte doos blijkt echter niets van plotselinge windstoten of turbulentie. Dat concludeert onafhankelijk vliegtuigexpert en voormalig luitenant-kolonel bij de luchtmacht Harry Horlings in zijn onderzoek.

Hij stelt volgens de krant dat de bemanning grote fouten maakte. Zo hadden ze op vier momenten moeten besluiten tot een doorstart. Onder meer toen de verkeerstoren twee keer meldde dat de landingsbaan blank stond. Ook week het vliegtuig te veel af van de aanvliegroute en was het niet stabiel bij de landing. De piloot zou per ongeluk het rechterwiel hebben geblokkeerd. Daardoor zou het zijn afgebroken toen het toestel de grond raakte.

De piloten corrigeerden voor zijwind, vlogen te langzaam en zouden fouten hebben gemaakt met de automatische piloot. Volgens Horlings zijn 'bewust' belangrijke gegevens uit het rapport weggelaten. Zo ontbreken de laatste seconden uit de zwarte doos.