Beleid voor scholieren met handicap op de schop

Op het beleid voor scholieren met een handicap of stoornis wordt ingrijpend bezuinigd. Vooral het speciaal onderwijs krijgt klappen. Het huidige systeem werkt niet, zegt minister van Onderwijs Marja van Bijsterveldt (CDA) maandag in Trouw.

Volgens haar hebben te veel kinderen een 'label' gekregen. Ze wijst erop dat het aantal leerlingen met een zorgindicatie vanaf 2002 met 65 procent is gegroeid.

In het voortgezet onderwijs hebben twee op de tien kinderen nu een indicatie. In het basisonderwijs is dat tien procent. "Niet ieder kind dat een beetje afwijkt van wat wij normaal vinden moet een stempel krijgen", zegt ze in de krant.

In een Kamerbrief die de minister maandag stuurt stelt ze daarom voor dat scholen voor speciaal onderwijs en reguliere scholen gaan samenwerken. Dit om zoveel mogelijk kinderen op de juiste plek te krijgen.

In totaal moet driehonderd miljoen euro worden bezuinigd. Het speciaal onderwijs krijgt een basisfinanciering voor zeventigduizend scholieren. Dat is het aantal leerlingen dat nu in het speciaal onderwijs zit.

Als het aantal toch moet groeien, moet het geld daarvoor komen uit de budgetten van de regionale samenwerkingsverbanden. De scholen zullen daardoor volgens de minister kritischer kijken naar wat een kind allemaal nodig heeft. "Nu krijgt ieder kind met een bepaald rugzakje hetzelfde bedrag. Dat is niet altijd nodig."

In 2012 komt ook honderd miljoen euro beschikbaar voor deskundigheidsbevordering van leraren. Zo moeten docenten beter leren omgaan met 'verschillen in de klas'. Daar waar het echt nodig is, moet volgens de minister goede zorg zijn. "Maar dan wel vlak bij het kind en niet met enorme organisaties en allerlei heel goedwillende hulpverleners eromheen. Het moet heel dicht in de klas gebeuren."