Moszkowicz hervat verdediging Wilders

Bram Moszkowicz, de advocaat van Geert Wilders, is donderdagochtend voor de rechtbank in Amsterdam begonnen aan het tweede en laatste deel van zijn verdediging van de PVV-leider.

Dinsdag betoogde Moszkowicz al dat Wilders zich niet schuldig heeft gemaakt aan groepsbelediging. Donderdag zet hij uiteen dat hetzelfde geldt voor de overige onderdelen van de aanklacht, het aanzetten tot haat en discriminatie.

Moskowicz zei dinsdag verder dat Wilders' rechten als verdachte zijn geschonden. Hij verwees daarbij naar het bevel waarmee het Amsterdamse gerechtshof in januari vorig jaar opdracht gaf aan het Openbaar Ministerie om vervolging in te stellen.

Het hof constateerde volgens Moszkowicz al dat Wilders schuldig was, terwijl hij tot dat moment nog niet eens verdachte was. Daarmee schond het hof het principe dat iedereen als onschuldig wordt beschouwd, totdat het tegendeel is bewezen. Wilders heeft dus geen eerlijk proces gekregen, zei Moszkowicz.

Het OM was in eerste instantie tot de conclusie gekomen dat de uitspraken van Wilders niet strafbaar waren. Vorige week bleek dat het OM niet van gedachten is veranderd. De officieren van justitie eisten vrijspraak.

Wilders staat terecht voor het aanzetten tot haat en discriminatie en het beledigen van moslims. De zaak draait om een serie uitspraken van Wilders in interviews en ingezonden stukken, en om Wilders' antikoranfilm Fitna. De uitspraak van de rechtbank wordt op 5 november verwacht.

Het OM krijgt vrijdag nog de kans om te reageren op het pleidooi van Moszkowicz. Ook krijgt Wilders, die verder heeft gezwegen, gelegenheid het laatste woord te spreken.