Ondergrondse CO2-opslag stap dichterbij

In Barendrecht en Geleen komen proefprojecten met de ondergrondse opslag van CO2. Minister van Milieu Jacqueline Cramer (PvdA) trekt daar in totaal zestig miljoen euro voor uit. Met de opslag worden broeikasgassen in de lucht verminderd. Het gaat om projecten van Shell in Barendrecht en technisch dienstverlener GTI in Geleen, met elk een opslag van twee miljoen ton CO2 in maximaal tien jaar.

Het gunnen van de twee projecten, waarvoor vijf consortia in de race waren, is een procedurele eerste stap. Op z'n vroegst wordt in april duidelijk of de projecten daadwerkelijk gaan plaatsvinden. Dat hangt onder meer af van de milieuvergunningen die nog verleend moeten worden.

Als de projecten doorgaan, is het voor het eerst dat in Nederland koolstofdioxide onder de grond wordt opgeslagen. Het plan staat sinds vorig jaar in de steigers en moet in Barendrecht plaatsvinden in de bijna uitgeputte aardgasvelden die daar ongeveer tweeduizend meter onder de grond liggen. Het gaat om de afvang van CO2 die vrijkomt in het Rotterdamse havengebied.

Cramer gaf onlangs al aan 'zeer positief' te staan tegenover de opslag bij Barendrecht, maar zei ook dat ze garanties wilde voor de veiligheid. De opslag vindt naast een woonwijk plaats. Omwonenden zijn onder meer bang dat de waarde van hun huis daalt als de risico's van de opslag niet duidelijk zijn.

De bewindsvrouw zegt de 'onbekendheid' bij burgers met het onderwerp serieus te nemen. Het ministerie haalt deskundigen aan die zeggen dat de opslag onder de grond ongevaarlijk is voor mens en omgeving. In Geleen, waar de locatie een fabrieksterrein is, is er voor zover bekend nog geen protest van de lokale bevolking.

Barendrecht staat nog neutraal tegenover het project, stelt de Zuid-Hollandse gemeente vandaag. In het voorjaar moet duidelijk zijn of de gemeente voor of tegen is. Dat hangt onder meer af van het voldoen aan het aantal voorwaarden die dinsdag in de gemeenteraad worden besproken.