Bush vaart weer uit tegen 'brute regimes'

De Amerikaanse president George Bush was gisteravond tijdens zijn toespraak tijdens de opening van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties in New York weer ouderwets op dreef.

Hij bereed zijn stokpaardjes, waarbij hij uithaalde naar landen die het niet zo nauw nemen met de mensenrechten, zoals Myanmar, Zimbabwe, Wit Rusland, Cuba en natuurlijk Syrië, Iran en Noord-Korea.

Ook Cuba kreeg er als vanouds weer van langs. Bush voorspelde dat het einde van de heerschappij van de 80-jarige communistische leider Fidel Castro, die al tijden met zijn gezondheid kwakkelt, naderbij komt. ''In Cuba nadert het lange bewind van de wrede dictator zijn einde'', wist Bush. Volgens hem bevindt het communistische land zich in een overgangsfase en hij riep op tot vrije en eerlijke verkiezingen in Cuba.

Dit was tegen het zere been van de Cubaanse minister van Buitenlandse Zaken, Felipe Perez Roque. Deze zag zich genoodzaakt om uit protest tegen Bush's uitlatingen de vergadering te verlaten. Cuba veroordeelde in een verklaring ''de schandelijke tirade'' van Bush en verweet hem bovendien de dood van ruim 600.000 burgers in Irak. ''Hij is een crimineel en heeft geen morele autoriteit om een ander land te veroordelen'', aldus de regering in Havana.

Eerder werd gisteren al bekend dat het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden met overgrote meerderheid besloot het Iraanse Revolutionaire Garde Korps op de lijst van terroristische organisaties te plaatsen. Ook worden de sancties tegen Iran aangescherpt. De nieuwe wetgeving werd met 397 stemmen voor en 16 tegen aangenomen.