Opsporen radardetectoren simpel

De politie heeft de afgelopen maanden al 600 automobilisten weten op te pakken met een radardetector, door gebruik te maken van een RDD (radardetector-detector). Fabrikanten van radardetectoren adverteren danwel met de leuze dat hun nieuwste detectoren, met prijzen oplopend tot 1000 euro, niet te traceren zijn. In de praktijk blijkt dit niet te kloppen.

Volgens een hoofdagent van het verkeershandhavingsteam (VHT) in Noord-Holland Noord zijn juist de oude grote radardetectoren met de RDD moeilijker te traceren dan de nieuwste kleine geavanceerde exemplaren: ''Die oude stingers, 'lekken' signalen, maar dat doen bijvoorbeeld de vele gsm-zenders ook. Dat levert erg veel knipperende lichtjes en geluid op uit de RDD, zonder dat duidelijk is waar het precies vandaan komt. De nieuwe kleine detectoren daarentegen veroorzaken een sterk signaal. Je ziet meestal ook dat de automobilist het verklikkerkastje snel wil verstoppen onder zijn stoel of in een tas.''

De boete op het bezit van een radardetector bedraagt 250 euro. Bovendien wordt de detector in beslag genomen. Ook wordt deel 1 van het kentekenbewijs ingevorderd. De bestuurder moet binnen een maand de zender laten verwijderen. Die ingreep moet hij op het bureau tonen en het bewijsmateriaal afgeven. Van dwarsliggers wordt het kentekenbewijs vernietigd. De auto moet dan een herkeuring ondergaan.

Het verbod op een radardetector dateert van 1 januari dit jaar. Ons land schaarde zich daarmee in de rij met België, Denemarken, Frankrijk, Luxemburg en Zweden. Het verbod is ingesteld om de verkeersveiligheid te vergroten. Uit de praktijk zou blijken dat automobilisten de detectoren hebben aangeschaft om niet gehinderd door snelheidsradar en lasergun hard te kunnen rijden.

Op 16 juli dient een proefproces omtrent het verbod op de radardetector.