D66 twijfelt over verlenging Irak-missie
Regeringspartij D66 vindt dat de Verenigde Naties meer moeten worden betrokken bij de ontwikkelingen in Irak. Het Nederlandse kabinet zou zich hiervoor moeten inspannen, meent de partij. De Democraten dreigen de steun voor de uitzending van Nederlandse militairen op te zeggen als er niets aan de huidige omstandigheden veranderd.Een dezer weken moet Nederland een beslissing nemen over verlenging van de missie, die eind juni afloopt. Uit uitlatingen van de betrokken bewindslieden Kamp (Defensie), Bot (Buitenlandse Zaken) en Balkenende is op te maken dat de regering voor voortzetting is. Indien D66 volhardt dreigt de steun in het parlement echter minimaal te worden. Voor een meerderheid hebben CDA en VVD dan de stemmen van de LPF nodig. Alle andere partijen lijken verlenging af te wijzen. Het is ongekend dat een militaire uitzending zo'n smalle politieke basis heeft.
In een interview met de Volkskrant zegt D66-fractievoorzitter Boris Dittrich dat zijn partij goede gronden heeft voor haar mening. "Wij waren al tegen de oorlog en hebben daaraan ook geen politieke steun verleend. Wij vonden dat Hans Blix meer tijd moest krijgen om zijn onderzoek te doen en het heeft ons altijd zwaar op de maag gelegen dat de VN zijn gepasseerd." D66 wil net als de PvdA een onafhankelijk onderzoek laten instellen naar de besluitvorming in Nederland om steun aan de oorlog in Irak te geven. De meerderheid van de Tweede Kamer is tegen een dergelijk onderzoek.
De plannen die er momenteel zijn voor de machtsoverdracht in Irak, gaan voor D66 niet ver genoeg. "Irak is voor de Irakezen. De Amerikanen dragen op 30 juni nauwelijks belangrijke verantwoordelijkheden over. Dat ligt ons zwaar op de maag," stelt Dittrich. Volgens de D66'er doet het niet ter zake dat de partij met haar actie de regering gezichtsverlies berokkent. "Coalitiebelangen mogen hierbij geen rol spelen."
