Philips gaat vijftig fabrieken sluiten

De komende jaren zal Philips vijftig fabrieken sluiten of afstoten. "We blijven alleen die producten zelf maken waarmee we ons kunnen onderscheiden van de concurrentie," aldus Philips-topman G. Kleisterlee in NRC Handelsblad.

Kleisterlee vertelde verder dat het concern de productie van eenvoudige artikelen overlaat aan andere fabrikanten. Volgens de topman betekent het besluit om een derde van de 150 fabrieken op te doeken overigens niet dat Philips zich terugtrekt uit belangrijke markten. Hij benadrukte verder dat Philips in geen geval een bedrijf wordt zonder fabrieken. Die blijven nodig om concurrentie van bedrijven als Sony, Samsung en Panasonic het hoofd te bieden.

Hoe groot het effect is dat deze maatregelen zullen hebben op de werkgelegenheid bij Philips, is nog niet duidelijk. Sinds Kleisterlee in 2001 aantrad als topman is het aantal banen bij het bedrijf al verminderd van 220.000 naar 170.000.

Voorgeschiedenis

Dit besluit komt voor sommigen wellicht niet als een verrassing. Al in 1998 kondigde Cor Boonstra, de toenmalige topman van Philips aan dat in vier jaar tijd ongeveer 1 op de 3 productievestigingen van Philips van de hand gedaan zouden worden. Inmiddels is dat ook gebeurd: in 1998 bezat Philips nog 270 fabrieken. Onder leiding van Kleisterlee werd het aantal fabrieken het afgelopen jaar nog verder teruggebracht: van 160 tot 151.

Tijdens de presentatie van de jaarcijfers over 2002 liet Kleisterlee bovendien al doorschemeren dat Philips nog meer fabrieken wilde sluiten of verkopen. Toen al zei hij dat het concern zich meer op marketing dan op productie zou gaan richten. "We gaan meer bedenken dan maken," aldus Kleisterlee.