'Toerisme in Amsterdam loopt terug'

Toeristen hebben dit jaar minstens drie procent minder nachten in Amsterdam doorgebracht dan vorig jaar. Dat zegt het Amsterdams Toerisme & Congres Bureau (ATCB). Voor volgend jaar verwacht het ATCB een teruggang van twee procent.

De teruggang komt volgens het bureau door de financiële crisis. Omdat de economieën van Amerika en Engeland sterk aan de aandelenkoersen zijn gekoppeld, verwacht het ATCB een sterke daling van het aantal Amerikaanse en Britse bezoekers.

Het bureau probeert met een campagne meer bezoekers te trekken. In totaal steekt het bureau 2,6 miljoen euro in het themajaar Amsterdam Art City 2009. De campagne is vooral gericht op Groot-Britannië, Duitsland en België. Uit deze landen zou veel meer bezoek kunnen komen. Ook voor bezoekers uit eigen land is de campagne bestemd.

Toch verwacht het bureau pas vanaf 2010 weer een toename van toeristische overnachtingen. Volgend jaar en in 2010 openen verschillende mogelijke publiekstrekkers de deuren. Zo zijn de Hermitage en het Stedelijk Museum vanaf volgend jaar weer te bezoeken. Het Scheepvaartmuseum is vanaf 2010 weer open.

Betrouwbare landelijke cijfers over toeristische overnachtingen zijn er nog niet, zo laat het Nederlands Bureau voor Toerisme & Congressen weten. "Dit jaar is het aantal overnachtingen minstens een procent teruggelopen", zegt een woordvoerder. "Maar dat bleek uit cijfers die tot en met juli liepen. In augustus was de daling nog groter."

De 350 hotels in Amsterdam hebben samen veertigduizend bedden. De hotels ontvingen vorig jaar 4,9 miljoen gasten. Die waren samen goed voor 8,8 miljoen overnachtingen. Vergeleken met 2006 steeg het aantal gasten nog met ruim vijf procent. Het aantal overnachtingen nam vorig jaar toe met ruim twee procent.

Amsterdam trekt jaarlijks ongeveer 14,3 miljoen bezoekers uit binnen- en buitenland die binnen een dag weggaan. Daarbij komen 4,6 miljoen bezoekers die langer blijven, gemiddeld vier dagen. In totaal zijn de bezoekers volgens het bureau goed voor een omzet van bijna vijf miljard euro en maken zij 48 duizend fulltime banen mogelijk.