Vinyl

HijZiet

Er was een langzame dood beloofd. De opmars van de cd in de jaren ’80 zou de nieuwe, moderne tijd inluiden. Digitale muziek op een blinkend schijfje. Meer nummers en glasheldere weergave. Nooit meer het gekraak van stof onder een naald of een kleine verspringing door een kras. De lp had zijn laatste adem uitgeblazen.

Zo leek het ook een lange tijd te gaan. Enkel fanatieke muzikanten en verstokte muziekofielen grepen naarstig terug op de sentimentele, zwarte disk. Struinend over kleine zwarte markten in de hoop om nog tussen de meuk van “Alle dertien fout” een diamantje te vinden. Lp’s als waardeloze prul voor minder dan een euro aangeboden. De ooit keizer van de muziekdrager was van zijn troon gestoten en verworden in een tandeloze zwerver.

Cd’s, de nieuwe nummer 1, gingen al snel een nog diepere afgrond in door de opmars van online streaming. Digitale muziek, al dan niet legaal van het internet geplukt. Mensen die thuis terabytes vol met muziek hebben. Niet omdat ze ervan houden. Nee. Gewoon omdat het kan. Het gemak van iets gratis downloaden. Een verslaving.

Net als ik tegen een e-boek bezwaren heb, had ik dit ook tegen het online streaming. Hoeveel e-boeken kun je als leesliefhebber in een boekenkast zetten? Precies. Nul. Je zou er hooguit een treurige USB-stick of harde schijf neerleggen en dan trots kunnen wijzen en zeggen:

‘Kijk eens hoeveel boeken ik heb.’

Sneu, want het gaat je dan om de kwantiteit en goedkoopte en niet om het boek. Hetzelfde gevoel begon ik ook steeds meer bij muziek te krijgen. Het wordt ons allemaal zo gemakkelijk gemaakt. Een soort welvaartsziekte.

Muziekwinkels kregen het vanaf het nieuwe millennium steeds zwaarder. De cd, hoe blinkend en mooi ook, kon het niet winnen van de MP3. Klassieke valkuilen als alleen maar eenheidsworst verkopen, werden niet vermeden. Digitale muziekaanbieders als Spotify deden dit slimmer. Zij boden  betaalde digitale muziek aan, met niet alleen de mainstream shit, maar ook de muziek net daaronder. De onontdekte pareltjes, bands die aan de weg timmerden, golden oldies. Spotify begreep wél hoe het werkte en verdreef daarmee het opgelegde massaproduct dat de muziekwinkel aanbood.

En zie daar het kleine wonder. Kleine, rokerige muziekwinkeltjes in de hoekjes en nisjes van de stad verborgen, begonnen opeens te floreren. Zij die stand hielden en vinyl bleven verkopen. Op leven na dood. Als een halfdode plant die opeens weer water kreeg. De kleine, underground platenzaakjes werden de hipsters van de muziek. Het vinyl gereanimeerd en telde opeens weer mee.

Hoe kan dit? Sentiment? Deels, denk ik. Voor mij zou jeugdsentiment kunnen meespelen, maar voor mijn twintig jaar jongere collega niet. Zij heeft het platentijdperk niet meegemaakt.

Ik denk dat men klaar is met het gemak om alles vanzelf maar te krijgen. Men wil weer uniek. Geen 1000 nummers op een stick, maar een aantal lp’s in een kast. Hun vrienden laten zien welke muziek ze leuk vinden. De art van de hoezen showen. Dankzij Spotify is de zwarte keizer weer terug op zijn troon.

Weg met de eenheidsworst! Hallo unieke individuen! Niet allemaal dezelfde bordjes meer van de IKEA, maar design toestanden van de Action (we blijven immers een zuinig volkje).

Is de welvaartsziekte daarmee opgelost? Nee, natuurlijk niet. Het feit dat lp’s voor dertig euro over de toonbank gaan, zegt al genoeg. Ooit zal ook zij daarmee haar eigen nek wel omdraaien. Voor nu ben ik er blij mee. Het vinyl, en daarmee ook de échte muziek, is terug van weggeweest. Leve de keizer!