EU #2 - Diversiteit en saamhorigheid

Onder de bevolking die de EU rijk is, heersen relatief veel anti-EU-sentimenten. Je kunt dat zien aan de uitslag van het Brexit-referendum en polls onder de respectievelijke bevolkingen van de verschillende landen die zich aangesloten hebben bij de Europese Unie. In een (korte) serie van columns wil ik mijn licht laten schijnen op de mogelijke redenen daarvan. Dit is het tweede deel. Het eerste deel is hier te vinden.

Wat maakt nou het verschil tussen de Verenigde Staten en de Europese Unie, buiten de vormen van bestuur? De VS bestaat uit vele staten, met hun eigen regelgeving en overheidsvormen, net als de EU verbindt tussen vele landen, met hun eigen regelgeving en overheidsvormen. Binnen de VS wonen verschillende groepen, zoals Afro-Amerikanen, en niemand zal ontkennen dat een gemiddeld persoon uit Texas verschilt van een gemiddeld persoon uit Californië. Net als in Europa verschillende nationaliteiten en etniciteiten. Een gemiddelde Griek verschilt immers ook van een gemiddelde Nederlander.

Laten we daarvoor eerst kijken naar solidariteit en loyaliteit van mensen. Mensen zijn sociale wezens. Over het algemeen zien mensen een leven met een tekort aan sociaal contact als depressief en negatief, zelfs als ze van alle gemakken voorzien zijn. Echter treden tijdens de communicatie met andere mensen vaak complicaties op. De communicatie kan verstoord zijn, je moet tenminste wel op dezelfde golflengte zitten om te kunnen praten over een bepaald onderwerp, maar ook confrontaties kunnen op bepaalde manieren worden aangegaan. Tijdens het samenleven met mensen moeten concessies worden gedaan, voordat het uitloopt op een gigantische ruzie.

In het dagelijks leven heb je (hopelijk) familie, vrienden en collega’s waarbij dit vaak gebeurt. Jij of de ander moet inbinden of het uitpraten. Dit gebeurt als vanzelfsprekend, de uitwassen daargelaten. Een praktische grap van een collega kan je nog wel hebben en kritiek van je broer of zus kan je prima aan. Een volledig vreemde, willekeurige voorbijganger zal minder aanspraak kunnen maken op je empathie. Hij is immers een buitenstaander, waar bemoeit hij zich mee? De loyaliteit aan en solidariteit met je binnenste cirkel is groter dan die met mensen buiten de cirkel. Dit kan je in het groter zien in stammen, religies, landen en superstaten.

Een gemiddelde Nederlander voelt zich verbonden met zijn land, met de cultuur die hier heerst en met de normen en waarden die hier zo gewoon zijn. Hij voelt zich verbonden met de taal en kent globaal de historie van het land. Hij stemt voor zijn vertegenwoordiger in het parlement en houdt zich grotendeels aan de regels. Als er een ramp uitbreekt, zoals de watersnoodramp in 1953, staat hij vooraan om te kunnen helpen, naast doneren ook vrijwillig meewerken. Daartegenover is hij boos als er, door een financiële crisis en afspraken met de EU, miljarden euro’s naar een land moeten als Griekenland, omdat het land in een slopende crisis ligt. Die mensen daar moeten later met pensioen en zijn lui, volgens hem.

Zijn loyaliteit en solidariteit liggen eerder bij Nederland dan bij een ander land binnen de Europese Unie. Hij voelt zich niet, of in ieder geval minder, verbonden met de mensen daar. Daarnaast, als je hem vraagt welke nationaliteit hij heeft, zegt hij dat hij Nederlander is.

Waar liggen je solidariteit en loyaliteit? Dat is wat er verschilt tussen de VS en de EU. Barack Obama kon, als lid van een minderheid, toch verkozen worden als president, omdat genoeg mensen ervan overtuigd waren dat zijn loyaliteit en solidariteit bij Amerika liggen. In Amerika voelen mensen zich over het algemeen ook Amerikaan, vaak tot in het belachelijke toe. In Europa ligt dat toch een stuk gevoeliger. Het kan zijn omdat de Europese Unie nog niet zo lang bestaat, maar aan de andere kant lijkt het mij aannemelijker dat dit komt door de vorming van de natiestaten de afgelopen honderden jaren.

De vraag is of wij dat moeten doorbreken. Amerika is gebaseerd op de Melting Pot, hoe hard Trump ook schreeeuwt. Amerika is geworden zoals ze is door de immigranten uit allerlei landen over de hele wereld. Zij benadrukken de eenheid: “wij zijn allen Amerikaan”. Dit contrasteert met de EU, waar mensen zich eerst verbonden voelen met hun land en misschien, lang niet altijd, met de Europese Unie.

De verschillen uiten zich ook in de motto’s. Het, overigens onofficiële, motto van de VS is: uit velen een. Daartegenover staat de EU: in verscheidenheid verenigd. Amerikanen mogen dan verschillen, ze hebben één gemene deler: ze zijn Amerikaan. De EU staat daar lijnrecht tegenover, zij zijn een omdat ze allemaal verschillen. Wat natuurlijk een waardeloos idee is. Iemand voelt zich met anderen verbonden omdat ze iets gemeen hebben. Ze zijn familie, hebben dezelfde hobby’s, hebben dezelfde baas of wonen in hetzelfde land.

De verschillen tussen bewoners van de EU zijn erg groot. Dit wordt niet zomaar opgelost door een politieke unie of zelfs een federatie. Het is zelfs de vraag of het ooit gaat lukken; het verleden biedt geen rooskleurige blik. Zal de EU doorgaan tot de bom barst?