Urineverlies

Het leven is geen lolletje. Je kunt nog zo gezond leven; op wat je kan overkomen heb je niet altijd invloed. Ik ken verhalen zat over mensen die hun hele leven biologisch aten, voortdurend bezig waren met sport en die zomaar neerstortten met een hartaanval, longembolie of tumor. Of werden overreden door de tractor van de achterbuurman (de klootzak). Die bewuste leefstijl is dus ook relatief. Wat voor zin heeft het dan om heel gezond te eten of veel te bewegen? Klauwen met geld kost het en wat het oplevert, is in de meeste gevallen marginaal. Een jaartje of wat extra, wie weet in welke afgrijselijke omstandigheden. Dat is het me niet waard. Ik leef nu en geniet van de dingen hier en nu. Fuck, het lijkt wel mindfoolish. 

De gedachten van Huub Veesnaar leken op hol te slaan. Hij liep langs de overvolle schappen van de drogisterij. Moet je zien, dacht hij bijna hardop. Vroeger verkocht zo'n pillendraaier aspirine, hoestsnoepjes en maandverband. En wat staat er vandaag de dag in zijn gezondheidswinkel? Grote stapels voedingssupplementen. Wat een onzin. Het lijf kan zichzelf niet meer bedruipen en heeft een extra steuntje in de rug nodig. Of wat braken al die reclames op tv, radio, internet en asociale media tegenwoordig allemaal uit?
Huub kreeg het op zijn heupen in deze toko. Zou die drogist daar iets tegen hebben? Leuke vraag. Waarom ben ik eigenlijk hier in deze zaak? Wat zoek ik? Neusspray, maar dat hebben ze niet. Wacht, ik zou het kunnen vragen aan de tut bij de balie. 

'Wat mag het voor u zijn?'
'Neusspray graag. Otrivin.'
'De gewone?'
'Ja, doe maar.' Bestaat er ook bijzondere, dan?
'Kijkt u eens. Hebt u nog vragen over de Otrivin?'
'Nee, dank je. Ik wil graag pinnen.'
'Dat kan. Niet langer dan een week gebruiken.'
Ik dacht dat ik geen vragen had.
'Gaat uw gang. Meer informatie over dit middel vindt u in de gebruiksaanwijzing in de bijsluiter.'
En ik had ook niet om gebruiksadvies gevraagd. Daar zal ik wel weer extra voor moeten dokken.
'Wilt u het bonnetje?'
Nee, ik wil weg hier, was de boodschap in zijn kop.

De frisse wind in de winkelstraat deed hem goed. Huub Veesnaar liep naar het grote plein en ging zitten op een bankje. Uit zijn jaszak haalde hij de krant van vanochtend.
Op de voorpagina niets dan ellende, concludeerde hij. Net als gisteren en alle dagen daarvoor. Behalve op de dagen dat er geen krant verscheen. Ik weet niet welke dagen ik als prettiger ervaar: die waarop ik op de hoogte ben van de nieuwsfeiten of die waarop ik verstoken blijf van alle berichtgeving.
Zuchtend keek hij op van zijn krant en wierp een blik op het volk dat voorbij liep.

Wat een dikke vent, was zijn eerste gedachte. Dat hoeft toch niet? Wat prop je in je lijf dat je zo moddervet wordt? Vroeger had je ook wel stevige mensen, maar dit is gewoon een exorbitant geval van obesitas. Nu kan ik wel van alles vinden van gezonde leefstijl en denken dat ik nu hier moet genieten, maar als je je volstopt met rommel die ervoor zorgt dat je dichtslibt en vroegtijdig immobiel wordt, dan valt er weinig meer te genieten. Zouden die dieetgoeroes dan toch gelijk hebben? En moet je nou zien: die vent is niet de enige met gigantisch overgewicht. Die meid daarginds loopt ook al zo te blubberen, dat joch heeft een bierbuik die z'n weerga niet kent en die vrouw moet voor haar kleding naar de dichtstbijzijnde tent- en zeilmakerij.

Een volgende gedachte bood zich aan. Misschien moet ik mijn leven toch eens beteren. Wat zag ik nu laatst in zo'n reportage over biologische voeding? Dat het nuttigen van onbewerkt voedsel zorgt voor betere stofwisseling, een gezonder lichaam én geest, een krachtiger uitstraling en door dat alles ook voor meer levensvreugde?
Wat een gezeik, dacht Huub Veesnaar. Hij sloeg zijn krant open en gelijk werd zijn aandacht getrokken door het grote artikel over urineverlies.

-
Apeldoorn, juni 2016