Dodelijk verleden 45

Het was werkelijk verbluffend te zien hoe snel het schip op volle zee gerepareerd werd. Ik zwoegde dagenlang om de groep gewonden stabiel te krijgen. Twee van de tien gewonden stierven aan kogelwonden en aan mijn ondeskundigheid op chirurgisch gebied. Er zouden er meer sterven, dat wist ik zeker. Ik ging Carlos onder druk zetten. Greta had ik al dagen niet gezien. Ik ging naar Carlos vertrekken, ik wilde weten.

‘Carlos, ik heb een ervaren chirurg nodig anders sterven er nog meer van je mannen’, zei ik op mijn rustigste toon. Hij keek mij met zijn voor mij bekende sarcastische blik aan.
‘Mc Craw, ik schiet ze nog liever af. Een chirurg hierheen halen? Hoe zou dat dan moeten? Welke chirurg zou dit soort gewonden met kogelgaten, en op open zee, helpen? Denk eens na, Mc Craw.’
‘Geen enkel respect voor leven?’ vroeg ik nog steeds rustig. Maar mijn bloed kookte.
‘Welk bedrijf denk je dat wij hier runnen!’ schreeuwde hij nu terwijl hij wild opstond vanachter zijn bureau vandaan. ‘Als je wat wilt, Mc Craw, dan roep je mijn moeder maar. Zij kan je ook helpen. Het enige wat je hoeft te doen is erin geloven!’
‘Waar moet ik in godsnaam in geloven! In die vage shit?’, schreeuwde ik. Ik begreep er gewoon niets van, van alles niet. Het was totaal niet wetenschappelijk wat ze bij die gewonde beveiliger deed; het bloedvat dichtschroeien met haar hand? Nooit zou ik dat zomaar aannemen, laat staan geloven. 
‘Zij zet de wetenschap voor gek’, zei ik weer rustig geworden. Ik zag dat dit feit ook zijn gunstige uitwerking had op Carlos.
‘Mc Craw, er is meer tussen hemel en aarde dan alleen wetenschap. Ik zou het maar gewoon aanvaarden. En wie weet leer je er iets van.’
‘Hoe kan je iets leren van iets dat niet bewezen kan worden?’
‘Ach, Mc Craw, tweederde van alles op deze aarde kan niet bewezen worden. Wat zeg ik? Ik denk dat dit percentage nog veel hoger is. En dat weet jij ook. Ga nou gewoon mee, je hoeft het alleen maar te accepteren. Meer vragen we niet.’ Zoals hij nu tegen mij sprak, vond ik hem een fijne man. Hij was nu iets heel anders dan het bloeddorstige monster dat ik meestal zag.

‘Mm, accepteren.’
‘Ja, simpeler kan niet. Als je je blijft verzetten tegen wat je allemaal waarneemt bij mijn moeder, dan wordt je op den duur gewoon gek.’
‘Over je moeder gesproken…’ hij onderbrak mij.
‘Nee, wat je over mijn moeder wilt weten moet je haar zelf vragen’, zei hij resoluut. Op dat moment kwam Greta binnen. Ze keek mij indringend aan.
‘Alle gewonden zijn stabiel’, zei ze rustig.
‘Maar als dat zo is, wat doe ik hier dan? Waar hebben jullie mij nog voor nodig?’ vroeg ik. Carlos keek zijn moeder aan, zij keek hem kort aan en toen richtte zij zich op mij.
‘Ik zal proberen open kaart met je te spelen, Martha’, begon ze, en het leek wel of ik iets kwetsbaars in haar gezicht zag. ‘Wij weten precies hoe je geacteerd hebt in de bunker. Hoe je je staande hebt gehouden en hoe je mensen altijd weer bleef helpen. Je zorgt voor een goede sfeer en je kunt mensen verbinden en zelf erg goed met iemand verbonden zijn.’ 
Ik wilde haar onderbreken, maar ik voelde haar oude, droge wijsvinger op mijn lippen. ‘Ons probleem met jou ligt veel dieper. Het probleem is dat we jou niet vrij kunnen laten.’ 
En toch onderbrak ik haar nu wel. Ze keek afwijzend.
‘Ik weet te veel. Ik weet hoe de maffia werkt met betrekking tot vrouwenhandel en nu dus ook waarschijnlijk met betrekking tot de meest lucratieve vorm van verdienen in drugs. Na Jochem was ik waarschijnlijk al kansloos ooit vrij te komen. En toch hè, nu jullie hier zo alle twee met die uitgestreken smoelen mij aan staan te staren', ik voelde de woede weer opborrelen, 'hadden jullie mij al in een zeer vroeg stadium af kunnen knallen. Daarna in een vat met beton gieten en niemand had mij ooit nog gevonden, laat staan dood kunnen verklaren. Het enige wat ik nog niet begrijp is waarom Jochems clan mij wil hebben of misschien wel dood wil hebben. Dat ze zelfs jullie, zo’n machtige organisatie, midden op zee aanvallen. Hoe onlogisch is dit?’ Greta schudde moederlijk met haar hoofd. Carlos glimlachte. Had ik iets stoms gezegd?
‘Ik denk niet dat dit bij de naaste medewerkers van Jochem vandaan komt, die hebben niet zo veel macht en geld zo’n operatie op zee uit te voeren. Nee, dit komt van de peetvaders boven Jochem. Ze gebruiken er Jochems mannen voor om een rookgordijn aan te leggen. Red...’ Carlos veerde op, deze naam leek iets bij hem los te maken.

‘Red? Ik weet zeker dat het geen broer van mij is’, zei ik nuchter. Greta kon erom lachen.
‘Retarded Emotionless Demonic.’Tenminste, zo heet hij voor zijn tegenstanders. Een drie-eenheid, maar dan het tegenovergestelde van de goddelijke drie-eenheid. Hij - tenminste daar gaan we allemaal vanuit dat het een hij is - hij is nooit gefotografeerd, nooit op beeld of doek vastgelegd. Retarded omdat hij nooit te voorspellen is en altijd het tegenovergestelde gedrag vertoont van wat men verwacht. Emotionless omdat mensenlevens hem echt helemaal niets doen en Demonic omdat de hele onderwereld weet dat hij met zijn eerste twee benamingen en daarbij behorende daden laat zien niet tot het mensenras te horen.’
‘Laat er wat voodoo op los zou ik zeggen, Greta. Je weet wel, van die vage shit.’ Nu zag ik haar gezicht weer verstarren.
‘Zoals ik de slagader van die beveiliger met mijn energie dicht brandde, maar ook de twee motoren van onze aanvallers stillegde? Ik zou als ik jou was maar ergens in gaat geloven. Die motoren vielen niet stil omdat ze geen benzine meer hadden. Die slagader zou nu nog bloeden. En het is allemaal niet wetenschappelijk maar het is er wel!’ Ik kon er niet omheen, het was zo. De slagader was dicht. De motoren van de boten stopten ineens waardoor ze stilstaande objecten werden en uit de zee geschoten konden worden.
‘Ja, vreemd, dat wel. Ik weet het gewoon niet meer. Nu weer een Red? En jij dan, Greta? Bij jou verstarren mensen ook. Ze slaan ineens dicht en lopen met een asgrauw gelaat weg wanneer ze over jou willen praten. En dan die onverklaarbare gedaanteveranderingen? Dan weer oud en dan weer een stuk jonger. Je kan iemand wel voor demon uitmaken maar volgens mij kom jij ook uit een andere dimensie.’ Ik voelde mij op een of andere manier vrij om alles te zeggen; een raar gevoel.

‘Ten eerst: de motoren werden stilgelegd door hun eigen mannen. Ik beïnvloed de materie niet maar de mensen. Dus dat bloedvat werd dichtgebrand door de energie van de man zelf, die ik stuurde. Dus je hebt wel wat wetenschappelijk te onderzoeken Martha', ze knipoogde. 'Ten tweede: Red is de reden dat we op zee zitten. Red is de reden dat jij ontvoerd bent. Red heeft macht, eenzelfde macht als ik. Ja, we zijn onderwereld en ja, wij zijn uiteindelijk de peetvaders van alle peetvaders. Wij zijn de Capo’s di tutti capi: bazen van alle bazen. En Capo kan eigenlijk nooit meervoud zijn en daar ligt het grote probleem’, ging Greta rustig verder.

‘Dus de Capo’s hebben eenzelfde macht. Dat is toch al ‘evenwicht?’
‘In dit geval niet. Voor het geld hoeven beide partijen het niet meer te doen. Ook hoeven we nooit bang te zijn dat we gepakt zullen worden. Red en ik zijn onaantastbaar en hebben beiden controle over energieën die voor bijna alle anderen op deze aarde onbereikbaar zijn.’
‘En wat speel ik hier nu in godsnaam voor een rol in?’ vroeg ik terwijl ik wat aan concentratieverlies begon te lijden. Tot haar volgende woorden:
‘Omdat je familie bent.’