Wat is Armoede?

Deterugverdiener

Een begrip waarover al vele artikelen en columns zijn geschreven, maar meestal wordt er geen onderscheid gemaakt tussen absolute armoede en relatieve armoede. Wanneer deze begrippen duidelijk uit elkaar gehouden worden, zouden discussies rondom armoede aanzienlijk verminderen.

Absolute armoede is voornamelijk aanwezig in derde wereldlanden, deze bevolking leeft op de rand van het bestaansminimum. Daar is groot gebrek aan voedsel, schoon drinkwater en veiligheid. Mensen moeten overleven in grote eenvoud en armoede. Schrijnende situaties zoals slapen in kartonnen dozen, krotten zonder enige voorzieningen van elektriciteit en water.

Relatieve armoede is niet eenvoudig te definiëren omdat veel verschillende factoren een rol spelen. Over het algemeen kan men stellen dat de ongelijkheid aan inkomen een belangrijke oorzaak is. Deze groep mensen die aan de onderkant van de maatschappij leeft wordt vaak uitgesloten voor diverse sociale aspecten in het leven. Hierbij kan men denken aan gebrekkig toegang tot onderwijs of uitsluiting door het verenigingsleven, dit louter en alleen omdat voor hen het financieel niet haalbaar is.

In Nederland bestaat in het algemeen relatieve armoede. Uiteraard zijn er uitzonderingen maar de mensen in deze situatie kunnen zich meestal wel redden in de eerste levensbehoefte. Zij zijn soms in staat weer omhoog te krabbelen tot een aanvaardbare levensstandaard. Gelukkig is er momenteel wel een ommekeer is te zien. Maar vergis je niet, achter vele voordeuren schuilt steeds-vaker bittere relatieve armoede. Uit onderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau komt naar voren dat een gezin (twee volwassenen met twee kinderen) rond moet komen van 1.850 euro netto per maand. Dit lijkt in eerste instantie een redelijk inkomen, maar na aftrek van alle vaste lasten blijft daar niet veel van over. Het CBS hanteert een inkomensgrens dat lager ligt dan die van het SCP (bron: Spitsnieuws). Naar mijn inzien komt de inkomensgrens van het SCP het beste uit de bus. Zij gaan namelijk uit van een niet-veel-maar-toereikend criterium als centrale indicator van armoede. Waarbij ze gebruik maken van een referentiekader om zo onderscheid te maken tussen arm en rijk. Voor een echtpaar met twee kinderen komt de grens dan te liggen op 1.960 euro netto per maand.

Wanneer beide criteria worden meegenomen zijn er ongeveer 1,4 miljoen Nederlanders die leven van een laag inkomen. Van deze groep leeft ongeveer 190.000 huishoudens langer dan vier jaar onder deze omstandigheden. Ruim de helft hiervan ontvangt een bijstandsuitkering.

Door een te laag inkomen ontstaat er een nieuwe overlevingsstrategie. De kans is namelijk groot dat ze sterk gaan bezuinigingen op voeding, zoals vlees, vis en de duurdere groenten. De volksgezondheid komt hierdoor in gevaar, waardoor de ziektekosten verder gaat oplopen. Ze stoppen met het betalen van de zorgpremies met alle gevolgen van dien. Als ‘extra stimulans’ krijgen ze elke maand een boete van 30%  boven op de premie door het Zorginstituut Nederland opgelegd.

Geringe besparingen kunnen voor enig uitstel zorgen, maar dat is niet de oplossing. De woonlasten kunnen niet meer worden betaald met als gevolg dat er huisuitzettingen plaatsvinden. Gemeenten moet in samenwerking met de woningcorporatie passende woonruimte aanbieden, wat vaak niet lukt door krapte in de sociale woningmarkt. Deze procedure kost de gemeenschap handen vol geld. De kans is bijzonder groot dat een deel van deze groep zodanig is gedemoraliseerd dat ze een zwervend bestaan gaan leiden. Dit betekent meer overlast op straat en overvolle opvang centra bij het Leger des Heils met daarbij een explosieve toename van criminaliteit en drugsgebruik. Dit gaat de samenleving veel geld kosten. Is dat wat we willen en wordt dit de nieuwe samenleving?