Dorpsmoeder

Toen ik net uit het dorp was ontvlucht, naar de grote stad, was ik opgelucht. In de stad kon ik iemand worden, terwijl het leven daarginds stil bleef staan. Het leek me verschrikkelijk voor wie er achterbleef. Je zou maar je hele leven in één plaats blijven, werkend in de plaatselijke middenstand, tot in den treure bij de plaatselijke sportclubs trainen met dezelfde ouder wordende gezichten. Roddels, overal roddels. Je trouwt met iemand die je via-via al je hele leven kent, kinderen voor je 25e. Ik had altijd medelijden. Dat is nu ineens anders.

Dankzij het gegluur op Facebook blijf ik oppervlakkig op de hoogte van mijn vroegere vriendjes en vriendinnetjes. Ze zijn kapster geworden, bloemenverkoper, huismoeder, kassajuf, vrachtwagenchauffeur. De meeste hogeropgeleide vrienden zijn allemaal vertrokken. De buurmeisjes die bleven gingen trouwen, de stoere durfal kreeg een kind, een enkeling is alweer gescheiden. Het is heerlijk GTST kijken op de computer. Maar het omslagpunt kwam bij de moeders die oneindig veel foto’s van hun kroost maken.

Kinderen van een ander interesseren me nooit. Tenzij ze net uit de luiers zijn en hun eigen wereldje ontdekken. Mijn wereldje van vroeger, waarin alles bijna hetzelfde is gebleven. Een vriendin van toen heeft een lieve dochter van ongeveer vijf jaar. Ze is al lang voor haar leeftijd. Op de foto’s thuis is ze helemaal op haar gemak. Terwijl ik haar zie opgroeien, komt mijn eigen jeugd voorbij: op de fiets naar het hertenkamp, in paniek raken als de eenden om je heen staan terwijl je brood op is, naar de boerenmarkt. Vliegeren op het grote lege voetbalveld met de bomenrij en de vijver. De eerste schooldag, waar ze zo lief en verlegen keek.

Die kleine meid neemt mij mee naar mijn jeugdherinneringen. Het is zo fijn om te zien dat ze haar eerste zwemles had in het pierenbad, waar ik ook ooit leerde zwemmen met het plankje. Thuis Rummicub spelen met een lieve moeder, die haar stiekem liet winnen. De eerste keer op schoolreisje, met een snoepzakje in die grote hoge bus. De kermis in het dorp, waar zij al net zo ernstig kijkt terwijl ze op de draaimolen zit, als ik destijds. De eerste uitvoering van het kersttoneelstuk op de basisschool. De intocht van Sinterklaas aan het kanaal. En het dorp, noch de mensen zijn veranderd.

Ik heb dat lieve kleine meisje nooit gezien, maar door de foto’s in mijn dorp voelt het alsof ik haar heel goed ken. Zij neemt me met haar foto’s terug op de ontdekkingsreis die ik ook ooit heb afgelegd. Ik zou niet meer in het dorp willen wonen, maar ik geniet met een nostalgisch verlangen van de mooie tijd die ik er heb gehad. Ik ben haar moeder dankbaar dat ze foto’s maakt van de kleine onbenullige dingen, die voor een kind zo belangrijk zijn. Ik ben trots op die vriendin van vroeger. Ook al spreek ik haar niet meer, ik zie haar wel. En ik geniet van die mooie band van een jonge moeder die haar dochter heel goed begrijpt.