Ik schijt op badminton

Dat je liever om 6.43 uur met een stijve nek wakker wordt op een halfzacht luchtbed omdat het kwik richting de 40 graden loopt, dan dat je tot 11 uur blijft meuren op je koele boxspring, a la. Dat je liever tot je oksels in de blubber wegzakt als je na een stortbui ’s nachts de scheerlijnen van je half ingestorte tent noodgedwongen dient op te spannen, dan dat je zachtjes de regen tegen het zolderraam hoort tikken is tot daar aan toe. Zelfs dat je het door mieren geannexeerde plastic serviesgoed liever handmatig afwast in een teil met ijskoud water dan dat je de monotoon spinnende vaatwasser het vuile werk laat opknappen, zie ik nog door de vingers. Maar er zijn grenzen. En die grens wordt gevormd door twee nichterige rackets in combinatie met een ondefinieerbaar sullig slap aftreksel van een bal. Men noemt het ook wel badminton. 

Badminton staat in het dagelijks leven net iets lager in aanzien dan onderwaterhockey, kolfen en kegelen. Nimmer zie ik iemand badmintonnen op straat. Nooit. En mocht iemand in een vlaag van verstandsverbijstering wel eens tegen een shuttle meppen, dan durft hij of zij het voor geen goud openbaar te maken. Op twee weekjes per jaar na dan. Het hele jaar liggen de rackets te verrotten in de schuur, maar wanneer we naar de camping tijgen, dan weten we niet hoe snel we deze onmisbare attributen tevoorschijn moeten toveren. Badmintonloos kamperen is als een zonvakantie zonder zon of een safari zonder wilde dieren. Geen zwembad, geen schaduw, geen probleem. Als we maar kunnen badmintonnen. Aan het niveau van de campinggasten is overigens duidelijk te zien dat ze niet drie keer per week competitie spelen. Bij gebrek aan lijnen en een net, bestaat het hyperspannende tijdverdrijf uit het overslaan van de shuttle. Of, beter gezegd, het proberen over te slaan van de shuttle. Want men is de koning te rijk als het slagvoorwerp überhaupt wordt geraakt. Het spelelement bestaat uit de telling van de rally. Het stel dat zich dit jaar onze buren mocht noemen heeft er 18 dagen over gedaan om 8 maal over te slaan voordat de zwaartekracht het won van hun fabuleuze techniek. Het werd uitgebreid gevierd.

Uitgeput van de topsport vleit men neer op de krakkemikkige klapstoelen, komt enigszins op adem en pakt een lauw biertje uit de incapabele koelkast. Nu komt de kers op de taart, het badminton onder de gezelschapsspelen. Precies, Rummikub. Wanneer heb jij voor het laatst dit oergezellige familiespel gespeeld? Thuis staar je liever een uur naar het testbeeld dan dat je een potje Rummikubt, maar op vakantie zijn de rollen omgedraaid. O, o, wat hebben we een lol. Omgeven door muggen, horzels en ander ongedierte laten we ons niet van de kaart brengen door een stevige onweersbui of een verdwaalde shuttle, en herschikken stoïcijns de 9’s en 10’en, knallen een joker bij de 6 en hop, weer een spelletje voorbij. Nog net tijd voor een potje Yahtzee voordat de mie op het één pits-gasstelletje zal worden bereid. Zes dobbelsteentjes en je komt de vakantie wel door. We betalen duizenden euro’s om aan de Middellandse Zee elke avond een grote straat of full house te leggen. Rummikub is de Privé van de spellen en Yahtzee de Story. Gelezen bij de kapper en gespeeld op de camping.

Natuurlijk chargeer ik enigszins. Die duizenden euro’s zijn niet uitsluitend voor die oergezellige kneuterigheid. Nee, je mag er ook voor op de gemeenschappelijke wc zitten. Thuis heb ik ook de onbedwingbare drang om te schijten bij de buren, maar nu mag het eindelijk. Of niet? Als ik mazzel heb kost het me slechts een halve closetrol voordat ik al de aangekoekte pis van de bril heb geboend, maar dan heb je ook wat. Normaal gesproken moet je voor een dergelijke lucht wachten tot de plaatselijke veehouder de gierput leegpompt, en nu hebben we dagelijks dit voorrecht. Voor een prikkie.

Maar helaas, helaas, het zit er weer op voor dit jaar. Rummikub ligt op zolder, de badmintonuitrusting in de schuur en de pisemmer na een handjevol spoelbeurten met chloor weer in de garage. Ik kijk nu alweer uit naar volgend jaar. Tot die tijd moet ik het doen met goede films, mooie boeken en een proper toilet. Het leven gaat niet altijd over rozen.