Dodelijke date 54 (Slot)

Hier lees je de vorige delen...

‘Jezus, nu al? Hebben ze Jochem nu al gevonden? Ik heb hem een paar uur geleden doodgeschoten.’
‘Ze, zijn de politie. Dit kan dus nu ook betekenen dat de maffia je nu ook op de hielen zit.’
‘Dat kan, maar hoeft niet, toch?’ Hij keek mij aan met zijn scherpe helblauwe ogen.
‘Hoeft niet? Reken er maar wel op. Maar het is ongelofelijk welk spel wordt hier gespeeld. Ik wist dat die Jochem van Wensen gedood was bij een auto-ongeluk. Trouwens, mijn naam is Cor.’
‘Cor? Yeah sure. Wie gelooft dat?’
‘Jij voor nu. Mochten ze je pakken, en die kans is heel erg groot, dan heb je niets aan mijn naam. Die hebben ze namelijk zo uit je. Cor, aangenaam.’ Hij stak zijn hand uit. Ik legde die van mij erin. Zijn hand voelde fluweelzacht, ik had ineens zin mij een beetje te fatsoeneren. Ik harkte met mijn hand door mijn haar, mijn blonde krullen zaten niet meer. Hij voelde het aan, bijzonder.
‘Ik haal zo wat spullen voor je zodat je je op kunt knappen. Ze zijn wel van mijn vrouw, heb je daar moeite mee?’
‘Ik hoop dat ze kijkt nu, ik ben haar dankbaar’, zei ik rustig. Hij gaf mij niet veel later de opmaakspullen, borstels en kammen. Normaal zou ik het niet prettig vinden, nu wel en waarom wist ik niet. Ik vond hem aandoenlijk met die grote blauwe ogen als Turk. Ik schatte hem een jaar of vijftig. Een ruwe bolster met golvend grijs haar. Ik bleef in de schuilkelder en hoorde het rumoer op de straat. Cor kwam snel binnen.

‘Ze zoeken je in de huizen. Ze gaan ervan uit dat je ergens in mijn straat verdwenen bent. Ze hebben het hele gebied afgesloten. Zeker honderd politiemannen en twee honderd maffiosi zoeken je. Ze werken samen.’
‘Samenwerken? Ik wilde naar de politie stappen’, zei ik met een randje aan mijn stem. Hij knipoogde.
‘Het zou simpelweg je dood worden. En niet een gewone dood. Ze zouden het jaren uitstellen. Het lijden van Jezus Christus zou erbij in het niet vallen. Jij wordt verantwoordelijk gehouden voor de dood van Jochem en de zeer zieke Fabio. Ze weten inmiddels wat de besmettingsbron was; de vijver met fontein. Jij wordt de meest gezochte vrouw van Turkije. Let wel, van de onderwereld.’
‘Dus als ik niet dood wil, kan ik hier maar beter blijven. En als jij me nou eens zat wordt?’
Ik voelde een ontembare angst die mijn lippen droog maakte.
‘Ik word jou niet zat. Denk je dat ik je zou uitleveren? Als mens, serieus? Al moest ik je de rest van mijn leven verbergen en zo je leven redden. Ze zijn de bunkers eindelijk binnengevallen. Zij hebben alle vrouwen bevrijd. Nu pas, na veel jaren van corruptie, weten de lokale overheden dat de geldstromen zullen wegvallen en gaan ze massaal over tot verlinken. Ongelofelijk eigenlijk, hoe mensen kunnen zijn. Maar Martha, weet je eigenlijk wat je teweeg gebracht hebt, besef je het wel?’
‘Ik begrijp het, maar bevatten kan ik het nog niet. Als ik het nu allemaal zo bedenk, dan zit ik hier voorlopig vast en is het nog maar de vraag of ik ook vrijkom, of ik ooit mijn leven in Nederland weer kan oppakken. Ik moet nog maar afwachten of ik uiteindelijk niet vermoord wordt, hier of ergens anders op de wereld. Ik heb begrepen, van jou, dat ik levenslang achterom moet kijken. Wat ben ik ermee opgeschoten te vluchten?’
‘Meen je dat nu, Martha? Weet je hoeveel vrouwen vrij zijn omdat jij gedaan hebt wat je gedaan hebt?’
‘Ja, maar weet je dat ik ook een dochter heb? Een dochter die mij misschien niet zo nodig heeft als mijn zoon. Mijn zoon, het verscheurt mij, begrijp je dat ook?’
‘Ik begrijp je. Ik ga mijn netwerk inzetten om jou vrij te krijgen, maar accepteer dat je hier nog een lange tijd zult zitten. Deze schuilplaats zal ik kunnen verbergen. Hij is bouwtechnisch bijna niet te ontdekken, zoals je misschien gezien hebt.’
‘Het is mij opgevallen, ja. Verberg je jezelf of anderen hier ook wel eens?’
‘Ik heb geen reden mijzelf te verbergen, maar er zijn wel eens mensen die hier onderduiken voor de maffia.’
‘En de maffia kent je nog niet? Ik heb nu bijna een jaar opgesloten gezeten en tussen deze mensen geleefd. Ik weet hoe ze denken, vreten en seks hebben. Het is uitschot. En als ze weten dat jij hier wel eens mensen verbergt, dan weet ik dat er een heel goede reden moet zijn dat ze jou niet afknallen’, zei ik rustig. Hij stond op en priemde zijn ogen in een nietszeggend klein schilderijtje aan de muur.
‘Je hebt gelijk, slimme vrouw’, zei hij terwijl hij zich snel omdraaide en mij recht in mijn ogen aankeek. ‘Maar, er is altijd een maar, is het niet?’
‘Zeg jij het maar. Wat mij betreft mag je hem weglaten en gewoon eerlijk zijn. Loop ik ook hier gevaar? Want dan waag ik het er vannacht op.’
‘Je loopt hier geen gevaar. Ik verberg voortvluchtigen van de maffia. Let wel, voor een bepaalde clan. De clan die mijn vrouw niet heeft vermoord.’
‘O, jij denkt dat er verschil zit tussen deze monsters. Verschil in hardheid?’
‘Luister eerst naar het hele verhaal.’

Hij begon te vertellen. Ik luisterde aandachtig en probeerde de leugens in zijn verhaal te ontdekken. Ik vond ze niet. Hij ging verder.

‘Dit is het hele verhaal van mijn jeugd in deze streek. Mijn ouders, broers en zussen. Ik trouwde met mijn eerste en enige liefde, Abigale. Ik weet het, een rare naam voor deze streek. Mijn vader had dus zijn kroeg en zolang die klein bleef, hadden wij geen problemen met de maffia. Totdat mijn vader uit ging breiden naar meerdere uitgaansgelegenheden hier in de stad. Mijn vaders broer zit in de clan die het met onze familie altijd goed voor heeft gehad. De foute clan ging kleine bedragen van mijn vader eisen voor bescherming. Iedereen betaalde voor bescherming, behalve mijn vader. Wij werden beschermd door de broer van mijn vader. Het evenwicht was goed. Maar er vielen in deze stad steeds meer mensen onder de bescherming van de clan van mijn oom. Dat begon de foute clan te steken. De broer van mijn vader, mijn oom, werd vermoord, wij waren onze bescherming kwijt. Mijn vader bleef weigeren. Mijn vrouw werd als voorbeeld vermoord.’
‘Hoe heet de foute clan? Toch niet de Cambino’s?’
‘De Cambino’s, dezelfde schurken die jou de laatste weken hebben vastgehouden. En Jochems clan was voor mij de goede. Jochem had alleen de vrouwenhandel. Hij was een onderminister in de onderwereld. De president, capo di tutti capi zoals ze dat zo mooi zeggen in Italië, heeft nog nooit iemand gezien, laat staan dat hij aan te pakken is. Wat bezielde je?’
‘Mijn vrijheid bezielde mij. Mijn kinderen, mijn oude leven bezielen mij! Ik haat deze mensen, deze mannen die mijn leven met alles erop en eraan hebben afgenomen. Ze hebben mij een moordenares gemaakt, gebruikt als een hoer. En zoals ik het nu kan beseffen, ik kom nooit meer van ze los. Omdat ze wraakgevoelens hebben. Omdat er één het lef had tegen hen in te gaan en hen een grote psychische klap toe te brengen. Fuck them! Ik moord wel door.
Ik geef niet op, ik laat mijn leven niet afnemen door een stel gestoorde maffiosi. Ik zal mijn kinderen weer terugzien, ze weer omarmen. Ralf.’
Ik voelde de tranen uit mijn ogen spatten, de woede borrelen in de diepste duisternissen van mijn zijn. En hij, hij, de volstrekt onbekende, omarmde mij, Cor.
‘Jij en ik komen er wel uit. Het maakt niet uit hoe je je kinderen weer gaat zien, of wanneer. Ik heb mijn vrouw, de liefde van mijn leven, verloren aan die klootzakken. Ik zal er alles aan doen om jou te sparen. Alles wat in mijn vermogen ligt. En nee, ik ken je nog niet en toch voel ik een verbondenheid met jou die ver gaat. Die voor mij niet te overdenken is, die ik gewoon moet accepteren. Ook mijn leven is mij ontnomen, totaal. Mijn vrouw, mijn zaken. Ik leef hier als een kluizenaar, als een outlaw van de maffia. Wij trekken met zijn tweeën op tegen deze mensen. We worden een paar apart, een dodelijk paar geleid door een even zo dodelijke intelligentie.’

Einde deel 1 Dodelijke date.