Jansen Steur achter de deur
Luc van Lier buigt zich over het nieuws. Op woensdagochtend een serie brieven aan Nederlanders die onderwerp zijn van de actualiteit. Vandaag een brief aan justitieminister Ivo Opstelten over het vrijlaten van vluchtgevaarlijke verdachten.
Zeg, Ivo,
Vluchtgevaar geldt heus niet alleen voor vrouwenmishandelaars van Turkse komaf. Ook witteboordencriminelen smeren hem regelmatig. Kijk maar naar die fraudeur Roger Lips, de projectontwikkelaar van The Wall, dat belachelijke winkelcentrum langs de A 2, en een van de hoofdrolspelers in de oplichtingsfraude rond SNS-Reaal. Die hoefde niet langer in voorlopige hechtenis, en nu zijn strafzaak wegens faillissementsfraude aan de orde is, onvindbaar blijkt te zijn. Zonder enige twijfel gevlucht naar het buitenland.
En er bestaan natuurlijk niet alleen witteboordencriminelen, we hebben in ons land ook een wittejassencrimineel. De ziekenhuismoordenaar Ernst Jansen Steur. Gisteren veroordeeld tot drie jaar cel wegens slagerspraktijken en vergiftigingen op basis van flauwekuldiagnoses. Tot mijn verbijstering is Ernst niet meteen in een cel gesmeten. Nee, hij mocht de rechtszaal na de uitspraak verlaten, en in een luxe auto de plaat poetsen.
En als er iemand is van wie je weet dat ‘ie de wijk neemt naar het buitenland, dan is dat kwakzalver Jansen Steur wel. Nadat hij bij het Medisch Spectrum Twente de laan uit was gestuurd, ging hij doodleuk in Duitsland als arts aan de slag. Kortom: een crimineel die erom bekendstaat dat hij zijn toevlucht neemt tot het buitenland als de grond hem te heet onder de voeten wordt, wordt ondanks een veroordeling toch niet in bewaring gesteld.
Jij bent daar als Justitieminister uiteindelijk verantwoordelijk voor. Meesteroplichter Roger Lips mocht naar huis. Moordenaar Jansen Steur mocht gisteren naar huis. Jij kan ook naar huis. Er zijn wel bewindspersonen voor minder weggestuurd.
De groeten,
Een verontruste burger
