Nu mijn favoriete standje

De columns van mijn zeer gewaardeerde collega Rick Evers lees ik altijd met intens veel plezier. Vaak moet ik lachen om zijn lieflijke burgerlijke geklaag en mooi omschreven belevenissen. Ik hou ervan. Deze week echter dacht ik even dat hij misschien een kleine klap van de molen had gehad. Of misschien tastte de kou zijn lichamelijke of geestelijke gestel aan, dat kon ook nog. Volgens Rick heeft zijn vrouw in de winter last van een kwaal. In de winter zet zij de verwarming namelijk aan. Hij is van mening dat het in de winter in je huis rond te zestien graden moet zijn. Zij daarentegen heeft het idee opgevat dat het in de winter, net zoals in de zomer, rond de 21 graden in huis moet zijn.

Ik ben het met mevrouw Evers eens. In de winter moet het in huis net zo warm zijn als in de zomer. Ik vind daarbij ook dat ik in de winter dezelfde kleding moet kunnen dragen in huis als in de zomer. Het liefst loop ik in de winter door mijn huis alsof ik op het strand ben.

Maar er was nog een dingetje dat mijn aandacht trok, iets wat Rick schreef. Het zou een vrouwelijke kwaal zijn, dat aanzetten van de verwarming in de winter. Iets wat in mijn ogen totaal ongegrond is. Mijn vader bijvoorbeeld, had in de winter de verwarming het liefst op 23 graden staan. Mijn vader was een zonaanbidder, hield van het warme weer en de zon. Als ik in de winter bij hem was in zijn appartement, dan leek het net alsof ik op vakantie was, zo warm was het. Soms gingen die ouwe en ik ook nog even voor zo’n speciale lamp zitten, dan was het helemaal een zomers feestje. Het enige wat nog miste, was een lekkere cocktail of een wit biertje met limoen.

Totaal anders is mijn zus. Die heeft precies dezelfde vreemde gewoonte als Rick. Mijn zus heeft de verwarming in de winter het liefst helemaal niet aan. Tot vorig schooljaar zorgde ik iedere dinsdag voor mijn lieve neefjes. Dit deed ik altijd met heel veel liefde, behalve in de winter. Als ik op de dinsdag in de middag de jongens van school haalde en naar hun huis bracht, wist ik zeker dat ik de eerste drie of vier uur met mijn winterjas binnen moest zitten, omdat de ijspegels hoogtij vierden. Het eerste wat ik deed bij binnenkomst, was de verwarming op twintig graden zetten in de hoop dat het na een paar uur misschien iets dragelijker zou zijn om daar mijn dag door te brengen. Vaak was het pas dragelijk tegen de tijd dat mijn zus weer thuis kwam en ik de kou weer in mocht om naar mijn eigen huis te gaan.

Dus mijn gewaardeerde en lieve collega Rick, je hebt het mis. Het zijn niet per se vrouwen die de verwarming aanzetten en je vrouw lijdt niet aan een kwaal. Ook is jouw geestelijke gestel niet daadwerkelijk aangetast door de vriezende en ijzige kou. Jij, jouw vrouw, mijn zus, mijn vader, wij allemaal houden gewoon van een ander standje.