Pinnen en daten

Aloysius Kreukel was een tevreden man. Het was beslist zijn geluksdag. Alles zat mee deze dag. Je hebt ook dagen dat alles tegenzit en daar had Aloysius er voldoende van, maar vandaag had hij alleen maar geluk.

Het begon al ’s morgens toen hij zijn mailtjes las. Hij had een mailtje gehad van zijn bank. Men waarschuwde hem dat iemand anders op zijn account was geweest en daarom was het nu geblokkeerd. En dat terwijl hij net die dag geld moest pinnen om een cadeau voor zijn moeder te kopen, want die was de volgende dag jarig.
Hij was zich rot geschrokken. Gelukkig kon hij het in orde laten maken door op een link te klikken, dus dat probleem had hij snel en netjes opgelost. Hij had ook nog een bedankje gestuurd aan de afzender, ene mevrouw Jana Latnikova. Daar zou ze wel blij mee zijn. Het leek hem een Poolse naam. Dat krijg je met die open grenzen, dacht hij. Het aantal werkloze Nederlanders loopt de laatste tijd alleen maar op, maar bij de bank nemen ze gewoon goedkope Polen aan. In ieder geval had deze lieve Poolse er wel voor gezorgd dat zijn geld veilig bleef.

En nu zat hij in de trein naar Maastricht. Het was een eind weg, maar het zou de lange reis meer dan waard zijn. Hij had namelijk een date. En niet zomaar een date. Ze was wel achtendertig jaar jonger dan hij. Hij was achtenvijftig en zij was twintig.
Het was een paar weken geleden begonnen. Aloysius was al tien jaar gescheiden van zijn vrouw en vond het tijd worden voor een nieuwe relatie. Maar hij kreeg nooit echt contact. Hij durfde ook niet zomaar een vrouw aan te spreken in het openbaar. Als het druk was in de tram dan zat hij wel eens naast een vrouw die hij wel leuk vond. Hij durfde dan nauwelijks even zijn hoofd om te draaien om naar haar te kijken en zat strak voor zich uit te staren. Laat staan dat hij een praatje durfde te beginnen. Soms zat er een vrouw naast hem die zelf een praatje begon en dan schrok hij hevig. Ten onrechte, want dat waren altijd vrouwen die helemaal niet verwachten dat je iets terugzegt. Naar een café of een restaurant ging hij nooit en in de supermarkt ga je sowieso niet zomaar vrouwen aanspreken. In het openbaar werd het dus niets.
Hij had ook nog geschreven naar Net 5, want hij wilde wel in aanmerking komen voor het nieuwe programma ‘Te Mooi Om Waar Te Zijn’. Hij was nou eenmaal geen boer, dus moest hij iets anders zoeken om aan een partner te komen. Maar hij was afgewezen.

Ten einde raad had hij enige tijd geleden dan maar een profiel aangemaakt op een chatsite. Hij had maar één fout gemaakt: hij had zijn foto erop gezet. Hij werd dan ook bijna nooit privé aangesproken op de chat en in de algemene chatroom durfde hij niet mee te praten. Hij keek alleen wat anderen schreven. Welgeteld één keer had een vrouw hem privé een vraag gesteld. Of er XXXXXXXL condooms bestonden. Hij had geantwoord dat hij dat niet wist en gevraagd waarom ze dat vroeg. Toen had ze geantwoord dat zo’n condoom wel nodig was voor een lul als hij.
Groot was dan ook zijn verbazing geweest toen hij ineens werd aangesproken door Cassie. Hij wist toen nog niet dat ze Cassie heette, want haar nickname was: xx_tohottohandle_xx, maar het duurde niet lang voor ze zich bloot gaf en haar echte naam vertelde.
Het werden lange, hete gesprekken en al snel had ze zijn MSN gevraagd en waren ze daarop verder gegaan met chatten. Ze was erg open en nam geen blad voor de mond. Aloysius raakte zo vaak opgewonden van haar dat zijn wasmachine overuren draaide om weer op tijd schone onderbroekjes te leveren. Na enige tijd stuurde ze ook foto’s via MSN en daar kreeg hij het zo benauwd van dat hij zijn broek maar opendeed om weer wat lucht te krijgen.
Op een dag vroeg ze hem of hij ook fotografeerde en van dat soort foto’s van haar wilde maken. Hij had toen geantwoord dat hij niet fotografeerde, maar wel filmde. Dat had ze nog veel leuker gevonden. Ze vroeg of hij haar eens wilde filmen. Ze zou dan strippen voor hem. Aloysius was er verlegen van geworden. Een meisje van twintig dat voor hem wilde strippen en dat hij het dan mocht filmen!
Aloysius had zijn adres gegeven, want ze vond het handiger om bij hem thuis te filmen omdat hij dan niet met zijn camera hoefde te slepen. Ze hadden meteen een afspraak gemaakt. Die afspraak was nu, maar ze had twee dagen geleden gevraagd of hij toch daarheen kon komen, want ze moest ’s morgens even naar haar moeder en kon dan niet meer helemaal naar Almere komen. Dus zat Aloysius nu in de trein op weg naar Maastricht. De camera had hij in zijn tas. Hij was toch wel een beetje nerveus.

Cassie staat vlak voor Aloysius en kijkt hem uitdagend aan. Ze hebben net een wijntje gedronken en wat zoutjes gegeten. Cassie zit dicht naast Aloysius en hij voelt haar warmte. Ze brengt haar mond naar die van hem en even later schuift ze haar tong naar binnen. Aloysius pakt haar om haar middel en ze lopen gezamenlijk naar de slaapkamer. Het bed lonkt naar hen. Aloysius trekt het T-shirt van Cassie omhoog. Ze draagt geen beha. Hij wil haar stevige borsten zachtjes kneden.

‘Station Maastricht. Dames en heren, dit is het eindpunt van deze trein. U wordt allen dan ook vriendelijk verzocht uit te stappen. Vergeet bij het uitstappen uw bagage niet. Ik wens u een prettige dag.´ Aloysius schrok wakker. Hij was op de plaats van bestemming. Dat was toch sneller gegaan dan hij had gedacht. Het kwam natuurlijk omdat hij in slaap was gevallen. De droom was mooi geweest, maar de werkelijkheid zou nog mooier zijn.
Cassie zou bij de uitgang op hem wachten, dus Aloysius spoedde zich daarheen. Helaas, geen Cassie te zien. Wel kwam een puberachtige jongen op hem af. Hij droeg een joggingpak en had de capuchon op. Hij bleek door Cassie te zijn gestuurd om hem op te halen. Ze was nog even bezig bij haar moeder. Even verderop stond de auto. Er zat nog een jongen in. Aloysius stapte nietsvermoedend in, voelde ineens een stekende pijn aan zijn achterhoofd en alles werd donker om hem heen.

Hij werd wakker omdat iemand aan hem schudde. Een man stond over hem heen gebogen. Hij lag op de plek waar hij in de auto was gestapt, maar die was niet meer te zien, evenals de tas met zijn camera. Gelukkig had hij nog wel zijn portemonnee en het treinkaartje. Nadat hij aangifte had gedaan bij de politie ging hij weer met de trein naar huis. Op station Utrecht moest hij lang wachten op de trein naar Almere. Dus wilde hij alvast geld pinnen en kijken of er in Hoog Catharijne ergens een winkel was waar hij een leuk cadeautje voor zijn moeder kon kopen. Weer wachtte hem een verrassing. Zijn saldo was ontoereikend. Hoe kon dat nou? Hij wist zeker dat hij de vorige dag nog minstens vijftienhonderd euro op zijn rekening had gehad. Hij snapte er niets van en was helemaal beduusd. Nog veel beduusder was hij toen hij thuiskwam. De deur bleek te zijn opengebroken en de huiskamer was zo leeg als het graf van Jezus na de wederopstanding.

Het zijn toch vaak mensen zoals Aloysius Kreukel, die je tegenwoordig bij Kassa ziet. En die zijn dan boos op de bank en op internet. Slachtoffers kunnen nu eenmaal niet schuldig zijn.

Als je interesse hebt, stuur dan een column van jouw hand naar pschouten@live.nl. Of stuur een PM. Je krijgt z.s.m. een reactie.

Eindredactie FOK!columns