De aars van Mercurius

Deze column is geschreven voor het 9e Columnistencabaret, dat afgelopen zaterdag plaatsvond in Leeuwarden.

De eerste alinea is van promotionele aard. Allereerst wil ik graag iedereen die naar Leeuwarden zal komen bij voorbaat mijn excuses aanbieden. Ik hoop dat de grenscontrole mee zal vallen, want sinds die Bolletjeslikkers naar Friesland zijn getrokken, vindt er een honderprocentscontrole plaats voor alle reizigers die onze grenzen passeren. Wij moeten hier geen Bolletje beschuit, geen Bolletje Zakkenrollers of andere zooi uit de Almelose fabrieken, want hier in Fryslân zijn wij trots op onze eigen dúmkes bij de koffie, de lekkerste droge anijskoekjes van de plaatselijke bakker. Einde reclame.

Goed. Dit is het punt waarop ik iets ga vertellen over een van de steden in het noorden: Leeuwarden. De plaatselijke stadsmarketing heeft ooit een slogan bedacht: “Dát is het mooie van Leeuwarden.” Houd deze positieve gedachte vast! Dat deed de stadsmarketing namelijk ook, en na hun vele successen heeft de gemeente de subsidie stopgezet, zodat ze het nu van columnisten zoals ik moeten hebben. Verder zal ik deze column écht positief houden. Je hoeft namelijk maar een willekeurige Liwwadder aan te spreken en hij kan uren zeuren over alles wat er mis is met de stad.

Leeuwarden heeft veel om trots op te zijn. Tijdens een wandeling door de stad is er altijd wel iets te zien. Zo hebben we de Oldehove, de skeve kerktoren die toch zeker wel in de top vijf van meest mislukte bouwprojecten van Europa mag staan. Het is kleiner dan de Martinitoren in Groningen, net wat minder scheef dan een andere mislukte toren in Groningen en ondanks dat de nieuwe glazen bak op de top van de toren doet vermoeden dat mensen er graag zelfmoord zouden willen plegen, zijn er ook nog altijd méér mensen van de Martinitoren in Groningen gesprongen, dan in Leeuwarden mensen óp de Oldehove zijn geklommen. Maar dat geeft niet, want die Oldehove, dát is het mooie van Leeuwarden.

Wist je dat Leeuwarden oorspronkelijk op een terp is gebouwd? Op die terp staat het geboortehuis van een beroemde Leeuwarder. Mata Hari. Ik zou deze spionne uit de Tweede Wereldoorlog op vele manieren kunnen beschrijven, waarvan ‘dood’ en ‘hoer’ het begin van een heel aardige opsomming is. Gelukkig hebben we nóg een bekende Leeuwarder die helemaal fan van haar is. Onze plaatselijke zanger Hans Visser zingt onder begeleiding van een draaiorgel een lofrede. Dit moet een aanwijzing zijn voor al zijn kwaliteiten, maar het wordt nog mooier: de man kan dichten. Want wat rijmt er nou op Mata Hari? Mata Hari… Mata Hari… Gelukkig heeft Hans Visser het antwoord: “Ik ben verliefd op Mahataha Hari. En zo mooie vrouw die zie je niet meer. Ook al ga je met haar op safari, zo mooie vrouw die krijg je toch nooit meer.” Mata Hari. Safari. Dát is het mooie van Leeuwarden.

Over lokale artiesten gesproken! Bijna niemand weet dat je in Leeuwarden nog vaker bekende Leeuwarders tegen kan komen dan bekende Nederlanders in Amsterdam. Zo hoef je maar naar een feestje te gaan, en Ricardo staat er iets te presenteren. Sinds vrijdag kennen de meesten van jullie hem als “Ricardo van de livestream van ProjectX in Haren”, maar in Leeuwarden wordt meestal gezucht: "Ricardo van FroeksTv”, een lokaal internetzendertje voor jongeren. Ricardo dus. Je komt hem overal tegen. En er zijn er meer! De zanger Ricky – alle beroemde zangers in Leeuwarden en omgeving zetten het woord “zanger” voor hun voornaam, zodat we weten dat we niet Ricky om de hoek bedoelen, maar “zanger” Ricky – goed, die Ricky dus, hoor je nog steeds overal. Ik hoef mijn armpjes maar iets omhoog te gooien, en alle Leeuwarders weten wat ik bedoel: “Genohot!”

Naast deze E-artiesten staan we gelukkig ook nog bekend om onze beroemdheid in de politiek: de enige echte Lutz Jacobi. Ze komt uit een gat hier in de buurt, en wees gerust: ook in Leeuwarden kan niemand dit politieke feestnummer verstaan, maar ze is een cool wijf. Man. Mens. Vlak voor de verkiezingen kwam ik haar tegen in de stad. Ik mocht met haar op de foto, maar er was geen fotograaf in de buurt. Maar hé, dit is Leeuwarden: ik keek rond, en zag Ricardo van FroeksTv! Hij is ook werkelijk altijd in de buurt als je hem nodig hebt. Dát is het mooie van Leeuwarden!

En verder zijn de Leeuwarders natuurlijk trots op hun voetbalclub Cambuur. Ik woon binnen geluidsafstand van het stadion, en ben altijd weer blij dat de Leeuwarders tweemaal per wedstrijd heel hard juichen: zowel wanneer de spelers voor de eerste helft op het veld komen, als hun terugkomst voor de tweede helft.

Leeuwarden is werkelijk een prachtige stad, niet in het minst omdat de mensen hier nauwelijks Fries spreken. En het mooie van Leeuwarden is, dat bijna iedereen zo open en eerlijk tegen je is. Wie bijvoorbeeld langs de McDonald’s de stad weer uitloopt, ziet een standbeeld bovenop een fontein staan. Maar het is niet zomaar een standbeeld, waarbij een naakte man naar je kijkt. Nee, de gemeente Leeuwarden laat zelfs de standbeelden zo plaatsen, dat iedere toerist bij het verlaten van de stad naar de glimmende aars van Mercurius kijkt. Net alsof hij wil zeggen: “Je kan m’n reet kussen.” En dát is nou het mooie van Leeuwarden!

KONT