Bankboeven (en ander gespuis)

Iemand zei ooit: iedereen rommelt in de marge die hij krijgt.

Tijdens mijn afstuderen werkte ik bij een ROC te Amsterdam. Voordat ik ging solliciteren, vroeg ik aan de conciërge waar ROC eigenlijk voor stond. Zij werkte er al 20 jaar maar had geen clou. Achteraf schaam ik me er een beetje voor dat ik niet voorafgaand aan het gesprek had opgezocht dat Regionaal OpleidingsCentrum werd afgekort tot ROC maar op dat moment oordeelde ik dat ik niet eerder zoveel stompzinnigheid was tegengekomen. Hoe kan je zo in het leven staan, vroeg ik me af. Dagelijks de werkvloer op maar niet beseffen bij wie je eigenlijk in dienst bent. Veel meer dan de werkvloer opkomen deed ze overigens niet. Om half negen startte haar dag. Ze ging voor de ramen staan en tuurde naar buiten. Onrustig keek ze nu en dan op haar horloge. Nog acht uur, verzuchtte ze dan, om even later te prevelen dat er slechts een half uur was verstreken.
 
Ik was 23 en had me tot dan toe niet echt ingespannen in het leven. Toch begreep ik niet dat iemand zo extreem de kantjes ervan af liep. Dat haar die ruimte werd gegund door haar werkgever vond ik onnavolgbaar; dat zij er gebruik van maakte, leek me een regelrechte lijdensweg. Voor haarzelf welteverstaan. Maar ze wist niet beter. Haar verzuim werd getolereerd, daar was ze langzamerhand achter gekomen, en dus ontging haar de optie van het rechte pad.
 
Binnen elke beroepsgroep en op iedere schaal zie je dat het systeem waarin men opereert wordt misbruikt. Advocaten schrijven te veel uren (uitzonderingen gelukkig daargelaten); garagisten vervangen niet bestaande onderdelen, bankmedewerkers manipuleren de marktrente en trekken hun eigen nering leeg totdat ze gered moeten worden. Intussen ziet men wel de splinter in andermans oog terwijl de balk in eigen oog onopgemerkt blijft.
 
De verontwaardiging over de bankboeven is groot. Dat lijkt me niet meer dan terecht. De vraag is alleen wat deze verontwaardiging voedt. Is dat het feit dat deze mensen veel te goed voor zichzelf zorgen door allerhande risico's te nemen die ze afschuiven op de maatschappij? Of is dat het feit dat deze mensen gebruik maken van de marge die ze hebben, een marge die een stuk ruimer is dan gemiddeld. Anders gezegd: steekt het wellicht dat deze mensen op grotere schaal het systeem misbruiken?
 
Een rondje internetfora leert dat er twee categorieën zijn die hun afschuw over de plunderende bankiers ventileren. De eerste categorie vindt dat er een grens is. Die grens is nogal arbitrair maar duidelijk is dat het slechts de ander is die deze heeft overschreden. De werkster zwart betalen mag wel; rente manipuleren mag niet. De tweede categorie is rigoureuzer. Regels zijn regels; houd je je daar niet aan dan volgt desnoods de pijnbank. Gegeven het feit dat niemand zijn ogen sluit voor voordeeltjes en dat iedereen er zijn eigen moreel op nahoudt, wordt deze groep vooral gedreven door afgunst. De kritiek lijkt afkomstig uit een vat vol spijt van gemiste kansen. Godverdomme, hoor je ze denken, waarom betaal ik godverdomme nog belastingen?
 
Ik ben benieuwd wie er voor uit durft te komen op welke wijze dat hij ook rommelt in zijn eigen marge. Etentje op kosten van de zaak? Loodgieter zwart betaald? Iets vergeten op de geven bij de fiscus? Anonimiteit gegarandeerd (mits je je naam niet bij je reactie zet).
 
Die iemand, dat was ik, na drie maanden ROC. Een illusie armer maar wel wat wijzer.