Werklozen werken naar vermogen

Het is dinsdagmorgen, 10 uur. Hodzer krijgt begeleiding van Frederick, die hem ook deze ochtend opnieuw uitlegt hoe hij het metaal op de juiste lengte kan buigen. Op de stoffeerderij buigt Annemiek zich over de gordijnen. Met de tong in de mondhoeken maakt ze heel zorgvuldig ieder haakje vast aan de stof, zodat de klant de gordijnen makkelijk aan de rails kan hangen. Harry van de houtafdeling steekt joviaal zijn hoofd om de hoek, groet alle collega's van de afdelingen op deze sociale werkplaats en loopt druk naar zijn werkplek. Al deze mensen lijken goed te functioneren in dit bedrijf. Ze zijn vaak traag, maar gemotiveerd. Maar Hodzer, Annemiek en Harry zijn niet gewenst bij normale werkgevers.

De Wet Werken naar vermogen (Wwnv) is het laatste verzinsel van het kabinet om de levens overhoop te gooien van werklozen met een beperking en andere mensen die te ver van de arbeidsmarkt afstaan. Vanaf 2013 moeten deze mensen zelf hun minimumloon verdienen door zich niet te richten op hun beperking, maar hun kunnen. Bedrijven die deze mensen aannemen, hoeven alleen maar de effectieve uren te betalen, want de overheid vult het loon aan tot het minimum. Zo kunnen bedrijven hun maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen, zonder dat zij daar financieel op achteruit gaan. Het kabinet is al zo positief over dit plan, dat het al vaststaat dat er 1,8 miljoen euro wordt bezuinigd op de bijstand, Wajong-regelingen, sociale werkplaatsen en andere vangnetjes. Goed plan!

Laten we teruggaan naar de sociale werkplaats. Om 11 uur komt Frederick weer langs bij Hodzer. De metalen stangen zijn niet op het juiste formaat gebogen en al het werk van dit afgelopen uur is mislukt. Frederick wordt niet boos op Hodzer. Hij ziet direct waar het mis is gegaan, want dit gebeurt ten minste eenmaal per week. Hij legt het systeem nogmaals geduldig uit en Hodzer kan weer aan het werk. Hodzer werkt nu al vier jaar op de metaalafdeling van deze sociale werkplaats. Hij heeft hiervoor al duizenden baantjes gehad, maar hij kon er nooit lang blijven. Hij werkte te langzaam, kreeg in zijn jongere jaren vaak slaande ruzie met zijn bazen, en als er iets veranderde, bleef hij thuis. Hij kan nog steeds niet goed tegen veranderingen. Tot nu toe heeft hij geluk gehad, want bij iedere bezuiniging op de sociale werkplaatsen mocht hij nog bij dit bedrijf werken. Nu staat ook zijn positie op de tocht. Hodzer is van stress een week lang thuisgebleven, tot de begeleider hem weer kwam halen. Nu staat hij weer metaal te buigen.

Op de stoffeerderij is Annemiek klaar met de gordijnhaakjes. Ze glundert van trots en vraagt haar begeleidster om bevestiging. Zij controleert het werk. Op het eerste gezicht ziet het er goed uit, maar dan ziet de begeleidster dat een paar gordijnhaakjes korter zijn dan andere, omdat de haakjes in het bakje niet van hetzelfde formaat waren. Annemiek krijgt een driftbui. Het was toch niet haar schuld? Ze schopt tegen de stoel, die omvalt. Ze slaat op de tafel en bonkt met haar hoofd tegen de muur. Uit het kantoor komt een collega toegesneld, die de begeleidster helpt om Annemiek weer kalm te krijgen. Ze zetten haar alleen neer in de kleine kantine en Annemiek komt tot rust. Haar driftbui viel mee; in het verleden zou ze haar gordijnen aan flarden hebben gescheurd. Haar collega's op de stoffeerderij werken gewoon door. Zij zijn het inmiddels wel gewend, en groeten haar vriendelijk als Annemiek weer plaatsneemt aan haar tafeltje. Als ze klaar is met de haakjes, glundert zij weer van trots en vraagt ze haar begeleidster om bevestiging. Die is nu heel tevreden. Annemiek geeft haar een knuffel.

Joviale Harry heeft niet zo veel begeleiding nodig op de houtafdeling. Hij begrijpt de bouwtekeningen, vliegt heen en weer om overal stukken hout vandaan te halen en gebruikt de machines meestal volgens de veiligheidsvoorschriften. Soms zaagt hij het hout op de verkeerde lengte, maar dan herstelt hij zich snel en begint opnieuw. Harry is erg blij met zijn werk. Hij ziet wel dat hij beter en sneller is dan zijn collega's, maar hij weet dat hij de sociale werkplaats nodig heeft. Door de regelmaat van het werk heeft hij minder tijd om thuis uit verveling te drinken. Ook heeft hij minder tijd om zijn oude vrienden te zien en terug te vallen in zijn oude drugsgebruik. Hij houdt meer geld over om zijn schulden af te betalen en is na jaren dakloos te zijn geweest, trots op zijn huurhuisje. Harry zou weer regulier aan de slag willen, maar na iedere uitzendbaan komt hij toch hier terug. Het werk is te onregelmatig, hij verliest zijn concentratie, drinkt meer en verslaapt zich te vaak, zodat hij die baantjes weer verliest. Op de sociale werkplaats gebeurt hem dat niet. Daar voelt hij zich veilig.

De kabinetsplannen zijn klaar om uitgevoerd te worden, de bezuinigingen zijn alvast aangekondigd en de bedrijven mogen vrijwillig meewerken aan het project Wet Werken naar vermogen. De sociale werkplaats moet hun mensen kwijt om plaats te maken voor mensen die het nog harder nodig hebben en zoekt naar werkgevers voor Hodzer, Annemiek en Harry. Welk bedrijf wil personeel vrijmaken om Hodzer iedere dag dezelfde uitleg en begeleiding te geven? Welk bedrijf accepteert de driftbuiten van Annemiek? Welke werkgever begrijpt de situatie van Harry en wil hem een veilige plek aanbieden met veel regelmaat en hem kans op kans bieden als het even misgaat? Het is te hopen dat het kabinet nog ergens een reservepotje heeft om de plannen straks terug te draaien. Want al deze mensen kunnen slechts werken naar hun vermogen.