Sprookje

Met mooi weer verblijf ik het liefst zo min mogelijk binnenshuis. Ook de dagen waarop ik werken moet, benut ik zoveel mogelijk. Daarom ging ik vandaag voor dag en dauw op pad.

Om half vijf, het was nog donker, trok ik mijn wandelschoenen aan en de deur achter me dicht. Hoewel een beetje nachtblind, kende ik de weg die ik af wilde leggen als mijn broekzak. Via de Veursestraatweg en de Kniplaan leidde mijn route naar de Vogelplas Starrevaart. De Vogelplas Starrevaart is een natuurgebied in mijn woonplaats Leidschendam. Het stikt er, zoals de naam al doet vermoeden, van de meest uiteenlopende vogels.

Vanochtend meende ik vanuit de verte zelfs een pinguïn te zien. Ik begon wat sneller te lopen, want wilde daar het mijne van weten. Toen ik dichtbij genoeg was, bleek het een non te zijn die, net als ik, vroeg op pad was. Toen ik haar aansprak en vroeg waarom ze op dit onzalige uur al in dit gebied aan het wandelen was, antwoordde ze: "Dat is een lang verhaal, maar ik kan je ook de korte versie geven. Zeg maar wat je horen wilt." Ik had de tijd aan mezelf, maar absoluut geen zin in lange verhalen en vroeg daarom om de onopgesmukte uitvoering.

"Jongeman", zo begon ze en ik glunderde bij deze hoopgevende start. "Eigenlijk ben ik geen non, maar een mooie prinses. Als je me kust, verander ik daar ook in." Ik keek naar het gerimpelde gezicht van het oude besje en dacht, zeer toepasselijk, "God zegene de greep" en pakte haar vol op haar mond. Voor ik zelfs met mijn ogen kon knipperen, zat er een grote groene kikker luid kwakend op het pad. "Ik was je vergeten te vertellen, dat ik eerst een kikker zou worden", zo kwaakte het beestje tegen me. "Je moet me nu nog een keer kussen".

Wie A zegt tegen een oude non, kan haar onmogelijk de B weigeren en daarom kuste ik de kikker, nu wat omzichtiger, op de groene mond. Het resultaat was verbluffend! Een gigantisch grote krokodil staarde me met volledig ontbloot gebit lachend aan. "Oeps, had ik je ook niet verteld, maar eerst zou ik nog hierin veranderen. Je hoeft niet bang te zijn, want het kussen slaan we deze keer over. Als je mijn gebit op de goede manier flost, ben ik een mooie prinses en nee, geen Mabel Wisse Smit of Laurentien Brinkman, maar écht mooi."

Met enige aarzeling begon ik aan mijn nieuwe taak en allengs werd ik minder angstig. De krokodil begon te snorren als een kat en toen ik mijn touw opgeborgen had, stond daar ineens een geweldige schoonheid. Ze straalde helemaal en vertelde me, dat ik alles aan haar mocht vragen en dat ze dat dan voor me zou doen. Heel even flitsten de beelden van een onstuimige vrijpartij aan mijn geestesoog voorbij, tot ik me realiseerde dat ik moe geworden was en bovendien blaren had. "Als jij je duim opsteekt bij het liften, hebben we vast zo een rit terug naar huis", zo deed ik mijn verzoek.

Even meende ik een flits van teleurstelling in haar ogen te zien, maar dat kan net zo goed mijn verbeelding geweest zijn. Ze ging langs de kant van de weg staan en stak haar duim op. De eerste twee auto’s knalden op elkaar, waarschijnlijk verblind door haar schoonheid. Bij de derde was het raak en ik mocht, hoe kon het ook anders, op de achterbank plaatsnemen. ‘Mijn’ prinses werd voorin genodigd. Twintig minuten later was ik thuis. Ik groette de prinses en ging naar boven.

Nu zit ik de hele dag al met het knagende idee, dat ik het verkeerd heb aangepakt……..