Poen ig

Dat moet ik toch eens standaard instellen, het lettertype. Staat nu op Times New Roman, ongeveer de ergste rotletter die er is, in mijn optiek dan. Ik heb altijd Lucida Sans Unicode, strak en schreefloos. Het tegenovergestelde van de schrijver, dat spreekt vanzelf.
Een poosje denken was het nu eens wel, waarover ik zou gaan schrijven. Ik heb klaarblijkelijk interesses die niet helemaal gladjes overeen komen met een hoofdzakelijk jonger lezerspubliek. Een beetje hoereren is dus het devies, alhoewel, dat lijkt me net zoiets als een beetje zwanger zijn.

Elsevier zorgde voor de broodnodige inspiratie door een themanummer over luxe toe te sturen. En dan is het natuurlijk verder gefundenes Fressen. De manieren waarop vooral nieuw-gesitueerden helemaal los gaan in een oord als de PC Hooft heeft me altijd met verbazing vervuld. Echt oud geld tref je daar zelden, men kijkt wel link uit. Gaan er mensen helemaal uit hun tentje als Louis Vuitton een nieuwe tas op de markt gooit. Hebbehebbehebbe.
Kijk, kopen mag van mij, maar gratis reclame lopen voor die lui vind ik een beetje teveel van het goede. Ooit zag ik een fraai shirt van Lacoste, je weet wel, met die krokodil op het zakkie. Ik zei tegen de winkelpief dat ik dat shirt wel wilde aanschaffen op voorwaarde dat die krokodil er netjes afgehaald werd. Die vent zoekt nu nog naar een gevat antwoord.

Maar goed, we gaan bladeren. De trend is in ieder geval aan het verschuiven sinds iedereen overal tassen van LV kan kopen, vooropgesteld dat men moeiteloos 700 euro kan spenderen. Men is nu individueel aan het uitgeven geslagen, iets kopen dat echt uniek is. En dan kun je pas echt lachen, Wat dachten we van een pleeborstelhouder en pedaalemmer van goud? Zo, die van u zijn van kunststof? Gauw gaan shoppen bij Vipp, 4 mille voor het setje en je bent weer bij in de plee. Espressootje maken in de vrije natuur? Kan, voor 99 euro.
Een van de fraaiste dingen is de schedel van een achttiende-eeuwse man die door Damien Hirst is bekleed met platina en ingelegd met 8601 diamanten, de duurste een knaap van 5 miljoen euro. Het ding werd onlangs verpatst voor 64 miljoen. Schat, wat wil je voor moederdag?
Verrek, is de balsamico-azijn alweer op. Effe een litertje halen voor 750 euro. Halen we meteen een half kilootje kopi luwak, je weet wel, koffiebonen die het spijsverteringskanaal van een civetkat zijn gepasseerd. Om van het eiland op de vaste wal te komen teneinde de traiteur te bezoeken neem je de boot van een half miljoentje. Nabestellingen hoor je door je gouden mobieltje. Paps is binnenkort jarig en hij had het laatst over een kist met veertig mooie Havana’s. Kijk eens even of die prijs van 15000 euro klopt.

Tegelijk met dit blad kregen we ook een magazine binnen met de nieuwste ontwikkelingen op klokkiesgebied. Vergeleken met een eerdere uitgave zijn nu de echt hoge prijzen niet meer vermeld. Alles op aanvraag. Ik zal het wel nooit leren. Ooit gaf ik 250 ouwe pieken uit voor een lelijke zwarte Casio, maar die krijgt tweemaal per dag een radioseintje binnen zodat ik altijd echt exact de tijd weet. Mijn volgende horloge zal ook zeker weer die gadget hebben. Honderd euro ofzo, dat is te doen voor 15 jaar gebruik.

Die boot van een half miljoen brengt me op een verhaal van zowat veertig jaar geleden. We hadden een houten roeibootje, maar we waren te beroerd om te roeien. Dus zochten we een eenpits luchtgekoeld motortje en knutselden er van allerhande onderdelen een omkeerkoppeling aan. En van die onderdelen was het cardan van een Fiat 500, dat weet ik nog. Schroefas door de achterspiegel, de boel afgedicht en varen maar. We voeren over de Loosdrechtse Plassen en kwamen erachter dat het geval toch een klein mankementje vertoonde. De brandstofleiding liep door de uitgeblazen koellucht, waardoor nogal eens vapour lock optrad, dat is luchtbelvorming in de brandstof. Motortje uit, kwartiertje wachten en dan ging-ie weer. Allemaal best, maar dan moet je niet net in het rak van de Loosdrechtweek stil gaan liggen. Komen er een dikke honderd zeilbootjes recht op je af. De motor deed het net op tijd weer, maar ik heb nooit zoveel gevloek en gebrul gehoord als toen.

Ooit gingen we het Amsterdam-Rijnkanaal over naar de Vinkeveense plassen om daar wat rond te klooien. Je hebt daar ergens een sluis en we kwamen in de sluis te liggen samen met een boot als hierboven omschreven, misschien nog wel wat groter en duurder. Er zaten in ieder geval twee motoren in van 800 pk, dat weet ik nog. Wat je met zo’n ding op de plassen moet ontgaat me, maar de schippertjes waren twee jongetjes van een jaar of zestien. Je zult denken dat wij stikjaloers waren, maar het was juist andersom. Wij hadden radeloze en redeloze pret, terwijl die mannekes zich te pletter verveelden. En dat zeiden ze ook.

Nee, aan mij zou al die luxe niet besteed zijn. We dagdromen ook wel eens, over dat huis dat we ooit nog eens gaan bouwen als het schip met geld is binnengevaren. Dat wordt een goed en energiezuinig huis, vol met slimmigheidjes, maar de hele inrichting halen we van rommelmarkten en kringloopwinkels. Opknappen kan ik goed, dus dat komt in orde, en dat geld? Ach, er gaan nog steeds duizenden kinderen per dag dood. En dat hoort niet. Kortom, ik ben een echte calvinist en zie vooralsnog geen aanleiding om die instelling overboord te mikken.